zontwikkelingen "oud"
links
PV-systeem
basics
grafieken
graphs
huurwoningen
nieuws
index
 

SOLARENERGYERGY

Nieuws P.V. pagina 126

meest recente bericht boven

Specials:
Eerste kolencentrales in SDE 2015 aanvragen - en een beetje PV

TSF VII - 5. Actuele status update PV registers
/ laatste stand van zaken
SDE 2015 vergeleken met SDE "plus" 2011-2014

4 juni 2015 - 11 augustus 2015

Voor belangrijke "highlights" voor ons PV-systeem, zie pagina nieuws_PVJSS22.htm

actueel 129 128 127 126 125 124 123 122 121 120-111 110-101
100-91
90-81 80-71 70-61 60-51 50-41>>> highlights


11 augustus 2015: SDE 2015 behoorlijk op dreef - 63% van budget al toegekend. Gezien de "structuur van de verzameling aanvragen" voor SDE 2015 is het niet vreemd dat er flink tempo wordt gemaakt bij de door RVO vastgestelde ("uit te geven") budget claim. Er waren tot nog toe niet zo heel erg veel aanvragen in deze jaar ronde, wat vooral te maken had met de gigantische budget claims van warmte projecten, waaronder de 81 "ketels met vaste of vloeibare biomassa stook". Dus heel erg veel ruimte - behalve dan met name voor diverse windturbine projecten, met een relatief laag kosten niveau - was er niet, ondanks de wederom 3 en een half miljard Euro die klaar stond. Vandaar dat het niet bevreemdt, dat met zelfs maar een paar extra honoreringen in de update van 30 juli (slechts 8 stuks!!) er wederom dik 575 miljoen Euro extra is toegezegd. Het grootste deel gaat, alweer, naar de modaliteit "hernieuwbare warmte én WKK".

Vergelijking van de progressie van het totaal aantal aanvragen per SDE "plus" regeling sedert de officiële startdatum van elke regeling (grafieken voor modaliteiten, energie productie en aangevraagde budgetten ook beschikbaar). Hierin zijn forse verschillen zichtbaar, met name bij SDE 2014, die pas zeer laat een enorme versnelling te zien gaf, vooral veroorzaakt door een explosie van aanvragen voor PV projecten (paarse curve, uiteindelijk 93% van totaal aantal aanvragen voor PV projecten). De impact voor SDE 2015 (blauwe curve) ligt wat de aanvragen betreft momenteel tussen die voor SDE 2013 (groen) en SDE 2012 (bruinrood) in. Dat zegt echter nog niets over de impact van de aangevraagde hoeveelheid energie en de daarmee gepaard gaande budgetten, noch iets over de feitelijke toekenningen (zie ook verderop). In rode cirkeltjes is de dag weergegeven waarop het budget plafond voor de getoonde regeling werd bereikt. Voor SDE 2014 was dat pas op dag 217. SDE 2015 was al op dag 65 overtekend.

Aanvragen (zie grafiek hier boven en hier onder)
Ondanks de al majestueuze overtekening van het budget (vorige updates, hier de voorlaatste, "wind grijpt de macht"), blijven er nog enkele project aanvragen door enkele "moedige" (of misschien: beetje wereldvreemde?) ontwikkelaars binnen druppelen bij RVO. Er kwam in de update van 30 juli jl. nog een "wind op land" project binnen, en ook nog eens 13 zonnestroom project aanvragen, de rest van de categorieën bleef op het "oude" niveau steken. Omdat zowel wind als zon binnen de modaliteit elektra vallen, en er nog steeds geen deelbudget claims, noch daarmee gepaard gaande maximaal subsidiabele hoeveelheden elektriciteit zijn gepubliceerd door RVO, kan niet bepaald worden hoeveel PV dan wel wind heeft opgeeist voor hun aanvragen. En is het nieuwe volume voor de PV aanvragen (capaciteit in kWp) ditmaal niet te bepalen. Het kan niet heel veel zijn geweest, er is namelijk slechts voor 3,2 miljoen Euro extra budget aangevraagd, "goed" voor 42 GWh maximaal te subsidiëren energie de komende 15 jaar. Daar zit het ene nieuwe wind project dus bij. Omdat het daarbij om zowel solitaire turbines, als hele windparken kan gaan, kun je een enorme blunder maken met gevolgtrekkingen over wat "zou resteren" voor de 13 PV aanvragen, dus dat doe ik dan ook niet.


Progressie van het aantal aanvragen per modaliteit (streepjes-lijnen) in SDE 2015. Elektriciteit heeft het meeste aantal aanvragen (469 in de 30 juli 2015 update). Zonnestroom (horizontale violette streepjes) maakt daar het leeuwendeel vanuit, zoals gebruikelijk: 364 stuks = 78% van "elektra", resp. 58% van alle aanvragen. Toegekend waren er in die update 151 beschikkingen (curve met getrokken zwarte lijn), 24% van het totaal aantal aanvragen op dat moment (629 stuks).

In totaal is met de in totaal 14 nieuwe aanvragen nu een volume van 629 projecten bij RVO binnengekomen. Goed voor 6.629,1 miljoen Euro (enorme overtekening van 89,4% boven gereserveerde €md 3,5). En voor een maximaal te subsidiëren volume van 120,9 TWh equivalenten energie over een periode van maximaal 15 jaar.

Zelfde grafiek als hierboven, maar nu met de aangevraagde budgetten per modaliteit (gekleurde curves, streepjeslijnen), het totale aangevraagde budget (zwarte streepjeslijn), en de evolutie van het toegekende budget (getrokken zwarte lijn), alles in miljoen Euro. Om de progressie van de toekenning te illustreren (op 30 juli 2015 op 2.193 miljoen Euro gekomen), is ook het subsidieplafond voor deze regeling weergegeven (SDE 2015 net als voor de voorgaande regeling: 3,5 miljard Euro). Eind juli was al bijna 63% van dat plafond beschikt. Let op de enorme overtekening van dat plafond, alleen "hernieuwbare warmte én WKK" al claimt met de daarvoor aangevraagde bijna 4,2 miljard Euro aan aanvragen 20% teveel. In totaal is, met dik 6,6 miljard Euro, binnen SDE 2015 al 89,4% boven het plafond geclaimd...

Afwijzingen
Met de afwijzingen gaat het nog niet hard, er is slechts 1 mest monovergisting project extra afgewezen, wat het totaal aantal geprullebakkeerde aanvragen tm. 30 juli op 49 brengt (7,8% van totaal van, nu, 629). Afgezien van de reeds eerder afgewezen 2 PV projecten zit de rest voor zonnestroom nog in de pijplijn. Of veel daarvan überhaupt een kans gaan maken moeten we nog gaan zien. Deze SDE ronde gaat in ieder geval voor PV een "schim" worden t.o.v. van die voor SDE 2014. Dat is klip en klaar.

Beschikkingen
Het belangrijkste onderdeel is natuurlijk het hoofdstuk "harde toewijzingen". RVO heeft (slechts) 8 projectaanvragen t.o.v. de voorlaatste update gezegend met een brief met daarin het heuglijke nieuws "u heeft subsidie toegewezen gekregen" (in ambtelijke taal opgeschreven). Dat waren 4 PV projecten, 1 alles vergisting project, 1 project "thermische conversie verlengde levensduur" (zeg maar gerust: gesubsidieerde "non-innovatieve ouwe meuk"), en een geothermie project. En, tot slot, de nieuwste verrassing, een AWZI/RWZI project (afvalwater- of rioolwaterzuivering, energie conversie via "thermische drukhydrolyse"). Omdat deze laatste net als PV onder de modaliteit elektra valt, is wederom niet te bepalen hoeveel vermogen is toegewezen voor de 4 beschikkingen voor zonnestroom, omdat de deel-cijfers voor alle beschikte categorieën ook nog steeds niet zijn gepubliceerd. Ook voor het totaal beschikte volume, tm. 30 juli 39 aanvragen, is dat nog niet bepaalbaar, zo lang details over de categorie toewijzingen ontbreken.

Tot slot in deze grafiek reeks de maximaal aangevraagde (streepjeslijnen) resp. beschikte (getrokken zwarte lijn) hoeveelheid energie equivalenten binnen SDE 2015, uitgedrukt in terawattuur eq. (1 TWh = 1 miljard kWh, ongeveer een kwart van de "normale" jaarproductie van kerncentrale Borssele). I.t.t. bij de aantallen aanvragen, is "hernieuwbare warmte én WKK" bij de aangevraagde (en ook bij de toegekende) hoeveelheid energie (equivalenten) übermeister: 2,4 maal zoveel dan elektra (78 vs. 32 TWh eq.), en zelfs 7 maal zoveel dan bij "hernieuwbaar gas" (11 TWh eq.). Toegekend is er tm. 30 juli 2015 een volume van al 45 TWh eq. (puur theoretisch dik 11 jaar equivalente energie productie als voornoemde Borssele centrale). Daarvan was maar liefst dik 74% (ruim 33 TWh eq.) beschikt voor warmte/WKK ...

Ook bij de beschikkingen wordt weer even fijntjes de nieuwe realiteit (voor SDE 2015) duidelijk: Met de slechts 8 nieuw toegekende projecten gaat 7,5 miljoen Euro extra naar de modaliteit elektriciteit, wat de totale toekenning op ruim 748 miljoen Euro brengt. Maar de slechts 3 nieuwe toekenningen binnen de modaliteit "hernieuwbare warmte én WKK" (HWW) claimen maar liefst 568 miljoen Euro extra (gemiddeld 189 miljoen Euro per project !!). Wat het totaal voor die modaliteit nu al op 1.445 miljoen Euro brengt, bijna 2 maal zo veel dan bij elektra. Er zitten tot nog toe maar 34 projecten in de toegekende "HWW" portfolio, die gemiddeld genomen 42,5 miljoen Euro (!) per installatie claimen. Voor elektra is de gemiddelde toekenning voor 117 projecten "slechts" 6,4 miljoen Euro gemiddeld per installatie, bijna een factor 7 maal lager... "Hernieuwbaar gas" heeft nog steeds géén toekenningen (maar heeft in eerdere regelingen fors toegekend gekregen). De totale toekenning komt daarmee op 151 beschikkingen, bijna 2,2 miljard Euro (62,7% van de maximaal haalbare 3,5 miljard), en een toegekende energie hoeveelheid van maximaal 44,7 terawattuur equivalenten over de gehele subsidie periode (die verschilt per categorie, voor PV is het max. 15 jaar).

Voor thermische zonne-energie, goed voor 8 aanvragen, is nog steeds niets toegekend binnen SDE 2015.

Zoals al meermalen van tevoren gewaarschuwd: de SDE 2015 gaat een lucratief spelletje worden voor slechts weinig, reeds rijke, en machtige bedrijven. Het midden- en kleinbedrijf staan bij deze regeling van overheidswege buitenspel. De burgers en het MKB gaan de enorme, kapitaalintensieve toegekende "grotejongens" projecten echter wel degelijk financieren via de SDE opslag over het verbruik op hun elektra-, gas-, dan wel warmte nota's...

Stand van zaken SDE 2015 (RVO.nl, update 30 juli 2015)


 
^
TOP

7 augustus 2015: Gaat het spektakel beginnen? Record toevoeging PV vermogen CertiQ in juli rapport. In het CertiQ register werd een record nieuw (netto) maandvolume toegevoegd voor gecertificeerde zonnestroom capaciteit in de juli 2015 update, een extra hoeveelheid van bijna 18 MWp. Naast een fors aantal nieuw ingeschreven PV-installaties (netto 320 stuks, geen record) is ook het aantal nieuw uitgegeven Garanties van Oorsprong voor zonnestroom nog nooit zo hoog geweest in een maand tijd. Een analyse.

Al een paar jaar rapporteer ik aan het begin van elke maand over de wijzigingen in de voor velen moeilijk te doorgronden maandelijkse updates van TenneT dochter CertiQ. Er zitten nogal wat complicaties in die cijfers, waaronder het door mij frequent gesignaleerde probleem van de kennelijk benodigde "herinschrijvingen" van de daar geregistreerde "duurzame energie producerende" installaties. Vooral in de periode eind 2013 - 2014, met naijlende effecten tot in de eerste helft van 2015. Met name vanwege de duizenden particuliere PV installaties die instroomden vanwege de beschikkingen (en natuurlijk: realisaties) vanuit de oude SDE 2008 tm. 2010 regelingen, blijft bij de aantallen zonnestroom de CertiQ registers domineren. Bij de geregistreerde opgestelde nominale vermogens ligt dat anders, daar domineren als vanouds windturbine- en biomassa verwerkende capaciteit.

Minder registraties - meer vermogen bij PV
Lange tijd bleef het aantal bij CertiQ geregistreerde PV installaties op een niveau steken, zo'n beetje tegen de 11.000 stuks aan, tot iets er boven. En werd dat de laatste tijd zelfs opvallend minder, waarschijnlijk veroorzaakt door een forse "uitstroom" van oudere MEP-gesubsidieerde systemen uit het register. Het is niet waarschijnlijk dat al die "uitgestroomde" PV installaties fysiek zijn afgebroken (ik hoor er bijna nooit over). Mogelijk kunnen die systemen nog vele jaren na de CertiQ registratie periode mee, afhankelijk van de nukken en grillen van de exploitant. Bij de geregistreerde nominale capaciteit is echter, na een door de her-registratie verplichting veroorzaakte "dip" in 2014, de groei gewoon doorgegaan. Ook dat heb ik meermalen uitgelegd: bij een lager aantal (resterende) installaties in het register toch (netto) vermogens-groei "zien" wordt veroorzaakt door de inmiddels al zeker twee jaar fors op stoom komende fysieke realisaties van de "SDE+" regelingen. Wat meestal "grote" projecten zijn, die we in de periode daarvoor op een beduidend/structureel minder laag niveau zagen. Sowieso was er een maximering op 100 kWp tm. SDE 2010. Alleen met kunstgrepen konden on-site grotere systemen worden aangelegd, door beschikking van meerdere SDE aanvragen op dezelfde lokatie (denk o.a. aan het Horizon Energy - nu HVC - project bij Maatschap Boon in Zeewolde, 3x 100 kWp toekenning op 1 adres). Dat kan niet meer, sinds SDE 2011 wordt per jaar-ronde slechts 1 aanvraag (en dus beschikking) per adres toegestaan, maar de vermogens-"cap" van genoemde (toen feitelijk al achterlijke) 100 kWp is toen ook uit de SDE gesloopt. Er kan dus met slechts 1 beschikking - zeer fors - groter gebouwd worden op 1 lokatie, en dat is de laatste jaren dan ook in sterk toegenomen mate geschied.

Het gevolg van dit alles is: minder (overblijvende) PV installaties in CertiQ, maar de nieuwe toevoegingen (waarschijnlijk bijna uitsluitend SDE + projecten betreffend) brengen zoveel "vermogen" met zich mee, dat bij de negatieve aantallen trend tegelijkertijd een groeiend geaccumuleerd vermogen zichtbaar was in het CertiQ register. Dit, ondanks de forse "uitstroom" van oudere (MEP) projecten. Die vermogens-groei in het register was lang echter nog steeds niet "aanzienlijk", en bleef steken op volumes tussen de 2 en 4 MWp (netto) toevoeging per maand, met af en toe een meevaller (9 MWp "voormalig record" nieuw toegevoegd tussen 2 maandrapportages, in juli 2014), tot tegenvallers (netto afname in december 2014, matige netto groei van 0,7 MWp tussen de april- en mei 2015 rapportages).

Trommelende vingers
Ik zat eigenlijk al maanden met trommelende vingers te wachten op de impact van de door mij al lang gesignaleerde versnelling in de realisatie van met name de grotere SDE 2013 en de eerste SDE 2014 projecten. Ik ben al geruime tijd bezig met de samenstelling van een omvangrijk "grote PV projecten register" (daarover binnenkort weer meer ter viering van een nieuwe mijlpaal). En ik zag het laatste jaar al rap na elkaar het ene na het andere grote gerealiseerde PV project voorbijkomen, met hetzij een SDE 2013 of SDE 2014 beschikking. Die trend MOEST zichtbaar gaan worden in de evolutie van het geaccumuleerde vermogen in het CertiQ register, want zonder registratie bij de TenneT dochter, kunnen de exploitanten van die grote PV installaties de geclaimde subsidies wel op hun buik schrijven. Welnu: in het juli 2015 rapport van CertiQ begint die door mij al lang verwachte forse trend omhoog nu echt duidelijk te worden.

Aantallen gecertificeerde PV installaties bij CertiQ
Voor het eerst in lange tijd is de "downward spiral" bij de cumulatieve aantallen PV systemen bij CertiQ eindelijk ook weer fors in positieve zin omgebogen. Er kwamen in het juli rapport netto (instroom minus uitstroom) maar liefst 320 PV installaties bij t.o.v. de accumulatie gesignaleerd in het voorgaande rapport (zie het laatste datapunt in rode curve in de hierboven weergegeven grafiek, referentie: rechter Y-as). Dat is weliswaar geen record (dat was de toevoeging van netto 412 nieuwe projecten in het reeds lang geleden gepubliceerde mei rapport van 2011, gemarkeerd in de rode curve), maar gezien de grotendeels negatieve trend van het afgelopen jaar beslist een "hoera!" moment waardig. In 2014 waren er tijdelijk, volgens de maand rapportages, netto 256 PV installaties verdwenen uit het CertiQ register, die in latere maand rapportages heringeschreven en wel weer (deels) "tevoorschijn kwamen". Ook daarna moesten we tot en met de juni rapportage van CertiQ netto bezien sinds eind december 2014 "afscheid nemen" van nog eens 46 installaties. Maar, hoezee, in het juli 2015 rapport zijn er opeens weer (netto) 320 stuks bijgekomen! In totaal staan er nu 11.078 PV systemen in het CertiQ register (laatste datapunt in gele curve in de grafiek, linker Y-as). Nog net even minder dan de 10 stuks meer in het november rapport van 2013 (!, gemarkeerd punt in de gele curve). Maar als deze lijn wordt doorgezet, gaat Nederland voor de gecertificeerde PV capaciteit eindelijk dat voormalige "record" doorbreken. Wel, met de noodzakelijke mededeling daarbij, dat het dan nog steeds maar een fractie is van het totale aantal zonnestroom genererende systemen in ons land (zeer waarschijnlijk ver onder de 5% van het totale volume).

Evolutie van nieuwe aantallen PV installaties in de maandelijkse rapportages van CertiQ sinds 2010: zeer grillig verloop van de netto "bijschrijvingen", met frequent zelfs "negatieve groei" (netto meer uitschrijvingen dan instroom, kolommen naar onder stekend onder de X-as, met in blauwe cijfers de netto uitstroom in die maand). Het juli 2015 rapport lijkt deze curieuze trend eindelijk te gaan "breken", met een hoge netto toename van 320 installaties.

Gecertificeerd geaccumuleerd cq. nieuw vermogen bij CertiQ
Het "nog betere" nieuws is, dat er een zeer sterke groei van het netto nieuwe vermogen heeft plaatsgevonden bij CertiQ. Er is sinds het vorige maandrapport netto maar liefst 17,929 MWp bijgeschreven in het CertiQ register (wederom: instroom minus eventuele uitstroom), bijna 18 MWp dus. Dat is een record in de geschiedenis van CertiQ, die bij mij terug gaat naar de eerste data entry voor januari 2003. Weliswaar werden geaccumuleerde vermogens pas structureel, nadat ik daartoe een verzoek had ingestuurd (...), sinds begin 2010 in de maandrapportages bijgehouden. Maar het vorige aanwas record werd in de rapportage van juli 2014 geboekt, toen er netto ruim 9 MWp werd bijgeschreven. Het huidige record verdubbelt dat volume dus, en dat is goed nieuws. Eindelijk lijken de grotere SDE installaties nu wat het nieuw ingebrachte vermogen betreft hun impact te gaan geven op het CertiQ register. Natuurlijk wel vingers blijven kruisen dat dit een start van een trend is, en er niet weer vreemde dingen gaan geschieden in de registers.

Grafiek met per maand gerangschikt de ruim 5 en een half jaar waarvoor groeicijfers tussen de maandrapportages bepaald konden worden voor het (netto) toegevoegde vermogen per maand in de CertiQ registers. Vóór 2010 zijn die data niet in de maandrapportages opgenomen (wel in de databanken van CertiQ). Afgezien van de bizarre negatieve groeicijfers in sommige maanden a.g.v. de herinschrijvings-operatie, valt in deze grafiek vooral de aardige groei op in de meeste maanden van 2015 (afgezien van de tegenvallende april rapportage). Met als slagroom op de taart natuurlijk de heftige toename van bijna 18 MWp die het juli rapport liet zien t.o.v. de accumulatie gemeld in juni. Het dubbele van het vorige record, 9 MWp netto nieuw vermogen in juli 2014.

Eindelijk: mooie groei, zie de laatste kolom! In deze accumulatie curve van de bij CertiQ geregistreerde PV capaciteit een flinke schwung omhoog in het juli 2015 rapport. Hopelijk gaat die gezapige groei van de laatste jaren (rode lijn: 2e graads polynoom trend) nu dus ook bij de SDE installaties eindelijk een forse vlucht nemen. Dan vergeten we dat "incidentje" van die door bijna niemand gekende noch begrepen "herinschrijvings-operatie" (dip in 2014, een lelijk gat in de accumulatie-curve) maar snel. Op naar hogere sferen, (ook) bij CertiQ! Eind juli 2015 bij de TenneT dochter: 147,4 MWp PV vermogen ingeschreven. Er kan heeeeel erg veel volume bij, in die database. Een paar data bytes kosten immers niks meer, tegenwoordig...

En nog een juichmoment: fysieke productie gecertificeerde zonnestroom: himmel 'rein!
U heeft mij als het goed is al jaren horen klagen over de bezopen situatie dat NEEderland een van de weinige naties op deze aardkloot lijkt te zijn waar zonnestroom productie niet GEMETEN wordt, maar door de bank genomen heftig wordt AFGESCHAT (met blijvend discutabele aannames in de "berekeningen"). Natuurlijk kan dat absoluut niet met het nu nog kleine contingent installaties in het CertiQ register. Want die moeten het hebben van, en drijven op het "volkomen waterdichte systeem van de uitgifte en afboeking van Garanties van Oorsprong" (GVO's) . Als daar iets "mis" mee zou zijn, kunnen we Nederland wel ten grave dragen, want dan gaat het allemaal nergens meer over.

Gelukkig weten ze dat bij CertiQ ook, en wordt alle daar via GVO's verhandelde duurzame (of, in het geval van, bijvoorbeeld, biomassabijstook op fossiele kolen, discutabele) stroom ijzingwekkend nauwkeurig gemeten. Met geijkte en gecertificeerde "bruto productie meters". Jarenlang stelde de hoeveelheid zonnestroom van dat beetje aantal installaties bij de TenneT dochter natuurlijk weinig voor, gezien de lage groei. Maar met de recente toevoeging van 18 MWp aan capaciteit, de eerder al ingezette toename van het vermogen, en de daar uit afkomstige zonnestroom productie, gaan we een ander perspectief tegemoet. Namelijk: een forse toename van het aantal door CertiQ aangemaakt GVO's voor de fysieke productie van zonnestroom. Lang niet alles in Nederland, want het overgrote merendeel van de productie wordt nergens gecertificeerd bemeten. Maar dan nog: het CertiQ gedeelte gaat sowieso rap toenemen. De eerste indicatie daarvoor vinden we in het volgende grafiekje, waarin ik naast de accumulatie van het gecertificeerde PV vermogen ook de uitgifte van de zonnestroom GVO's in de maandrapportages heb weergegeven:

In violet de accumulatie van het zonnestroom vermogen (nominale capaciteit) geregistreerd in de maandrapportages van CertiQ, helaas (structureel) pas vanaf 2010 opgegeven, met als referentie de linker Y-as. In blauw de groei van GVO's van maand tot maand (referentie rechter Y-as). Hierbij uiteraard weer een waarschuwing: GVO's in een maand bijgeschreven kunnen afkomstig zijn van productie uit een eerdere maand (kan zelfs lang voor de rapportage maand zijn opgewekt). Vandaar het grillige, on-"natuurlijke" verloop van die rapportage. Sedert het februari 2015 rapport is CertiQ de "productie van duurzame elektriciteit in Nederland" per maand zelfs expliciet gaan vermelden. Uitgedrukt in MWh, op basis van daadwerkelijk uitgegeven Garanties van Oorsprong voor de vier modaliteiten (wind, biomassa, waterkracht, en zonnestroom). Ik heb sinds maart 2015 die wijziging aangegeven door de curve i.p.v. gestippeld als een getrokken lijn weer te geven. In juli 2015 werd een record aanmaak van zonnestroom GVO's geregistreerd goed voor 10,548 GWh. Dat komt neer op een gemiddeld equivalent (grijze mix) stroomgebruik van ruim 40.100 huishoudens (die gemiddeld 3.150 kWh/jaar zouden verbruiken [exclusief eigen opwek] = 263 kWh/mnd, laatst beschikbare CBS cijfer voor 2013)

Het resultaat van de combi heftige vermogensgroei sinds het voorlaatste maandrapport, en de daarmee gepaard gaande forse fysieke stroomproductie toename (in de vorm van afgegeven GVO's), ziet u terug aan de rechterzijde van de grafiek. Zowel de curve voor het geaccumuleerde vermogen, als die voor de afgegeven GVO's, beginnen steil omhoog te gaan. Breekt een nieuw tijdperk aan voor Nederland?

Progressie aantallen/vermogen vier "duurzame" modaliteiten
Op basis van het juli maandrapport van CertiQ heb ik ook weer de progressie van zowel de aantallen geregistreerde installaties, als het opgestelde nominale vermogen ervan, voor de vier grote modaliteiten die als "duurzaam" worden beschouwd, in een tabel bij elkaar gezet:

Ten opzichte van begin december 2013, toen de "her-registratie" operatie zijn beslag begon te krijgen, blijven bij de aantallen installaties weliswaar nog 2 modaliteiten achter, maar inmiddels is het totaal aantal geregistreerde installaties al iets hoger geworden (9 stuks t.o.v. 1 dec. 2013). PV systemen hebben hun lang durende achterstand inmiddels ook al bijna ingehaald, nog 10 registraties te gaan, en die deelsector zit weer op het niveau van eind 2013. Alleen met waterkracht gaat het niet goed, er zijn nog steeds 5 installaties minder dan destijds ingeschreven bij CertiQ. Hun "lot" is niet bekend. Zijn ze afgekoppeld of alleen maar uit CertiQ register uitgeschreven?? Gezien de toch al lage impact (slechts 14 installaties "over"), is het "verliespercentage" bij die categorie derhalve groot, ruim 26%.

Bij de vermogens is het resultaat nog positiever, met name door de forse toename van het bij CertiQ geregistreerde vermogen bij PV (ondanks het nog steeds lagere aantal installaties), een spectaculaire 67% boven het niveau eind 2013. Met uiteraard nog een hele lange weg te gaan om echt een deuk in het fossiele pak boter te kunnen trappen. Maar ook biomassa moeten we niet uitvlakken, met een groeipercentage van bijna 47% aan registraties. Het is en blijft de dominante optie binnen de zogenaamde "duurzame" opwek methodieken in ons energie vretende landje. Met een uitermate triest hoog aandeel van bijna 7 gigawatt, 56% (!) van het totale geregistreerde als "duurzaam" bestempelde vermogen. Een dominante optie binnen die verzamelcategorie biomassa is bijfik van meestal geïmporteerde houtsnippers op een steenkolenbedje. "Duurzaam"? Het gaat er bij mij nog steeds niet in, wat voor greenspeak u ook hanteert.

Gaan we dan ook nog de zogenaamde "grondstoffencrematoria", AVI's, met hun ook al hoge aandeel van anderhalve GW bij nemen, zitten we met alleen die twee deel-opties al op een gezamenlijk opgesteld vermogen wat maar liefst 68% bedraagt van het totaal. Terwijl de zo vaak (in onterecht negatieve zin) over de tong gaande echt duurzame optie windkracht, met haar 3,2 GW geregistreerde capaciteit bij CertiQ, slechts 26% claimt van het totale vermogen. De rest, klein bier à 6%, is verdeeld over nog eens 5 categorieën, inclusief PV. So much for "duurzame" productie capaciteit in ons polderlandje. Daarbij uiteraard de blijvende disclaimer: het bij CertiQ geregistreerde volume PV is slechts een fractie van de totaal geaccumuleerde capaciteit aan zonnestroom genererende installaties in ons land.


Garanties van Oorsprong
Een nieuw maandrapport, dus ook nieuwe cijfers voor de GVO's die zijn uitgegeven en, zeer belangrijk in het fossiele Nederland, die worden geïmporteerd om onze grijze stroommix mentaal te vergroenen. Ook is er export, op een veel lager niveau dan de import, en grotendeels "handelswaar in groene papiertjes" betreffend.

In deze door mij met percentages aangevulde GVO import tabel van CertiQ is ditmaal het hydro- en biomassa rijke Zweden (het land van Vattenfall, wat NUON per 1 juli dit jaar voor 100% in haar bezit heeft) de hofleverancier van onze groene papiertjes. Daarbij valt op dat het niet alleen om de gebruikelijke el cheapo hydropower GVO's gaat, maar ook, en dat is verrassend, om een forse hoeveelheid wind certificaten (zelfs de 2e grootste wind GVO import betreffend, na het spul uit Denemarken). Zweden had eind 2014 zo'n 4,2% (ruim 5,4 GW) van de windturbine capaciteit staan van de EU28 volgens de Europese windbranche EWEA. Nederland zou toen nog maar 2,2% hebben gehad (2,8 GW), ondanks haar zeer lange "historie" met windmolens en hun moderne varianten. In een land "waar de wind altijd [gratis] waait".

Verder kwam er uit Zweden ook nog een aandeel GVO's uit biomassa bronnen, 11% van de GVO export naar NL (Zweden heeft gigantische bosarealen en een zeer lage bevolkingsdichtheid > eitje). Denemarken was in juli de tweede GVO leverancier (wind GVO's, natuurlijk), pas op de derde plaats kwam ditmaal Italië, wat naast biomassa en wind, vooral hydropower GVO's leverde uit haar forse waterkracht potentieel in met name de Alpen. Met dit alles vertoont de reeks sinds januari, afgezien van maart, een blijvend zwaar op Scandinavië leunend stel "hof"leveranciers: jan. Noorwegen 34,9%, feb. Noorwegen 34,5%, mrt. Italië 27,8%, apr. Noorwegen 45,7%, mei Denemarken 32,4%, juni Noorwegen 36,6%, en in juli dus Zweden met maar liefst 55,4% (huidige artikel). Waterkracht blijft alles domineren: bijna 58% van de geïmporteerde papiertjes kwamen in juli uit centrales die er waarschijnlijk (deels) al decennia staan. Nieuwe productie uit hydropower in Europa wordt steeds lastiger om te realiseren (zeer kapitaal intensief, steeds moeilijker om goede lokaties te vinden). Dus de afname van buitenlandse GVO's in Nederland helpt door de bank genomen geen moer om meer fysieke groene stroom productie te krijgen in Europa. Als die hydro GVO's blijven domineren. Zonnestroom GVO's werden er niet geïmporteerd, i.t.t. in de voorgaande maand (juni, uit Italië).

 

In bovenstaand taartdiagram de cumulatie van import van GVO's, Nederland in, in de laatste 12 maanden, naar land van oorsprong (legenda van bovenaf, kloksgewijs afwerkend). Noorwegen (30,8%), Zweden (15,7%), resp. Frankrijk (grotendeels hydro, 15,3%) zijn de major exporters van groene papierwaren naar het kleine landje aan de Noordzee. Het niet aan enig Europees stroomnet gekoppelde IJsland mag gerust als een van de moeilijkste aan het Nederlandse publiek uit te leggen curiosa worden beschouwd: 9,1% van de GVO's gingen ons land in uit die geothermie rijke, doch door de bank genomen nogal koude eiland staat in de Atlantische Oceaan... Dat Nederland ook nog eens 3,4% van de import GVO's "naar zichzelf" exporteert mag u proberen zelf uit te puzzelen...

Het export plaatje voor GVO's (hierboven weergegeven) is altijd veel simpeler dan dat voor de import. De handelaars en leveranciers van stroom zoeken zich radeloos naar groene papiertjes om de vieze Nederlandse stroommix mee te vergroenen, maar het buitenland heeft vaak zelf al heel veel echt fysieke groene stroom. Bovendien is de markt in veel EU landen niet zo kunstmatig opgefokt mbt de handel in de groene papiertjes. Alleen België heeft nog steeds als grootste afnemer trek in onze (verhandelde) "groenheid". Ook België moet van ver komen, dus wat groen spul van de handelaren aan de andere zijde van de noordgrens extra moet kunnen. Het mysterie van groene papiertjes "terug naar Noorwegen" (hofleverancier import GVO's hors categorie) blijft: dik 45% van GVO's "uit Nederland" gingen in juli in de retour enveloppe. De totale export, "goed" voor 44,3 GWh, was een fractie van de 1,4 Terawattuur die aan GVO's werden geïmporteerd in juli: 3,3%...

In het laatste plaatje de doel landen van de NL uit geëxporteerde GVO's (die best voor een aanzienlijk deel kunnen bestaan uit voor een opcent doorgeschoven exemplaren geïmporteerd uit een keur aan andere EU landen...). België is en blijft de grootste afnemer daarvan, met bijna 80 procent. Het curiosum Noorwegen (hofleverancier bij de import, zie eerder in dit artikel) blijf overeind: 13,3% van de Nederland (weer) uit gesluisde GVO's gingen naar dat in hydropower verzuipende, grote, en zeer dun bevolkte Noorwegen. En het aandeel wat naar Duurzame Elektriciteit Producerende Grootmacht (met Hoofdletters) Duitsland is gegaan, het afgelopen jaar, is zelfs weer iets gestegen: van 4% (juni) naar 4,3%. Leg dat maar eens uit aan Henk en Ingrid, met hun recent verworven "groene stroom contract" ...

Warmte uit hernieuwbare bronnen - eigen GVO's
De sinds maart 2015 separaat verschijnende rapportage over "warmte GVO's" laat het volgende beeld zien. Er zijn 3 biomassa installaties bijgekomen sinds de vorige rapportage (totaal nu 158 stuks). Het slechte nieuws is, dat er een geothermie installatie is afgevallen, waardoor er nog maar 10 zijn overgebleven. Het totaal gerapporteerde "warmte vermogen" is nu 1,24 GW. De productie in de afgelopen 12 maanden, die toegerekend wordt aan "duurzaam", is 1,9 terawattuur equivalenten geweest (biomassa 1,4 TWh, geothermie nog geen halve TWh). Die hoeveelheid bedraagt ongeveer 17% van de al veel langer "lopende" productie van elektriciteit uit duurzame (of: duurzaam veronderstelde) bronnen, waarvan wind het grootste aandeel had (6,1 TWh). Hier moet nog een forse inhaal "race" worden gemaakt, dat is duidelijk.

Statistische overzichten CertiQ


 
^
TOP

6 augustus 2015: Weer een feestje bij Polder PV - derde OK4 omvormer door de 1.200 kWh productie. En weer is het "raak", in de als "prehistorisch" te beschouwen zonnestroom installatie van Polder PV. Die inefficiënte, maar destijds (eind negentiger jaren) als "revolutionair" bestempelde OK4E-100 omvormers in zijn systeem heeft hangen sinds het jaar 2000. Die een zeer matige omzettings-efficiëntie hebben wat mogelijk lager ligt dan 92%. Vandaar dat ze zo heet worden op zonovergoten dagen, ergens moet die "aangeboden DC stroom" van de zonnepanelen natuurlijk heen. Waarvan diverse exemplaren al tussen de 10-14 jaar oud zijn - en al die tijd overdag hebben "gewerkt". Waar 25 meter lange DC bekabeling met diverse "tussenstations" ook - in theorie - geen bemoedigend perspectief biedt. Maar waar we als positieve counterbalance natuurlijk het feit hebben dat we in de zonrijke kuststrook wonen, 7 kilometer van zee. Met goede productie verwachtingen. Nog even afgezien van de toegenomen hoeveelheid op het aardoppervlak vallend licht (artikel). Al met al, checks and balances in aanmerking nemend: met die oude installatie produceren we al jaren prima zonnestroom opbrengsten. Met - soms al fors bejaarde - micro omvormers.

De twee oudste beestjes haalden eerder al een niet vaak in den lande vertoonde totaal opbrengst (gemeten in hun eigen interne opbrengst teller) van 1.200 kWh sinds ze in het Polder PV systeem werden "gehangen". De eerste deed dat op 3 juni 2015. De tweede brak op 20 juni dit jaar door die magische productie "grens" heen. En de derde mocht vandaag, 6 augustus 2015, de 1.200.001e Wattuur op de teller laten verschijnen:

De OK4E-100 micro inverter met het serienummer 84027 was de derde in het systeem van Polder PV die door de 1.200 kWh productie grens heen brak, iets voor 12 uur vanochtend. Het 12 bij 9,3 bij 3 centimeter grote apparaatje hangt al sinds 16 maart 2004 in het systeem, dus al dik 11 jaar. Op een van de 2 in de voorste rij staande (momenteel compleet als "verouderd" of "museum-fähig" te beschouwen) 108 Wp ACN5000E Shell Solar modules. Dat was destijds, in 2004, ter vervanging voor een helaas defect geraakt exemplaar, toen nog onder het paneel bevestigd. Alle omvormers zijn sinds mei 2005 echter naar binnen verplaatst, in huis. Het max. 100 Watt output gedimensioneerde kleinood heeft dus 4.160 dagen gedaan over die 1.200 kWh. Inclusief dakrenovatie (systeem stilgelegd in oktober 2010) gemiddeld genomen 288 Wattuur per dag. IJs, nachtelijke uren (geen productie), en weder dienende.

Ik zeg: goed gedaan jochie, ga vooral zo door. Doe er nog maar wat jaartjes tegenaan. Een volgend exemplaar, serie nummer 83099, gaat mogelijk over niet al te lange tijd de vierde OK4 in ons systeem worden die de ook al respectabele 1.000 kWh productie grens gaat halen. Ik kan lieden die "sowieso binnen 10 jaar omvormers vervangen" roepen (en die derhalve bewust zonnestroom "klein rekenen") niet meer horen...

Bron: Monitoring data Polder PV ... sinds 28 maart 2000. Zonder web portal interface of soortgelijk modern grut.


 
^
TOP

31 juli 2015: Juni 2015 - nieuwbouw Duitsland blijft op laag niveau steken. Met de laatste update van Bundesnetzagentur blijft de nieuw gerapporteerd zonnestroom capaciteit op een laag niveau steken. Sterker nog, meldingen van nieuwe capaciteit voor vrijeveld installaties in het aparte "Anlagenregister" van het Agentur, blijven fors achter bij die voor voorgaande maanden. Wel kan nog met terugwerkende kracht worden "bij gerapporteerd", maar de blijvende vrees blijft, dat het voorlopig niet meer goed gaat komen met de goedkoopste stroom genererende optie in de PV sector: de grote parken "in het vrije veld".

Vrijeveld rapportages
In juni 2015 werd een totaal nieuw volume gerapporteerd van 78,9 MWp aan PV installaties. Dat getal bestaat uit (a) de standaard maand rapportage, 64,8 MWp, en (b) de sinds enige tijd apart gedocumenteerde vrijeveld installaties in het zogenaamde "Anlagenregister", waar ook alle andere grote projecten in staan, met talloze details (windturbine parken, biovergisters, etc.). Omdat het laatste een "verzamel" register is, waar ook alle wijzigingen met elke update weer in worden opgenomen (inclusief oudere installaties, die pas in de laatste updates in dat register beginnen te verschijnen), is dat het makkelijkste om er de meest actuele registratie uit tevoorschijn te halen. Dat betrof voor de categorie "Freifläche PV" in juni (blauwe segmentjes rechts in grafiek) slechts een toevoeging van 14,1 MWp. Voor eerdere maanden zijn met terugwerkende kracht ook nog eens al eerder gerealiseerde installaties toegevoegd, wat voor 2014-2015 resulteert in het volgende schema ("status quo juni 2015"):

Uit deze update blijkt, dat er t.o.v. die van mei er een al oude vrijeveld installatie die in augustus 2014 in bedrijf werd gesteld is bijgekomen ("administratief inhaal huiswerk" voor de betreffende projectontwikkelaars). Verder kwam er voor maart 2015 eentje bij, in april 3, in mei 7, en natuurlijk werden de eerste in juni aan het net gekoppelde vrijeveld projecten ingevoerd. Daar kan nog e.e.a. bij gaan komen, evenals voor eerdere (ook hier nog niet getoonde) maanden. Maar voorlopig is het aantal gerapporteerde vrijeveld projecten nog relatief bescheiden in dat register, 42 stuks (22 meer dan in de vorige update). Die gezamenlijk een vermogen hebben van 89,3 MWp, wat gezien de enorme projecten gerealiseerd in eerdere jaren (elk met een omvang van vele tientallen MWp-en) nog een zeer bescheiden volume is. De gemiddelde systeemgrootte van deze nu ingevoerde vrijeveld installaties is "slechts" 2,1 MWp per stuk.

In juni zijn er weliswaar tot nog toe evenveel vrijeveld installaties als in april gerapporteerd (10 stuks), maar het vermogen van die tien projecten is fors lager geworden, zo'n 41%. De vraag is of dat nog "goed" gaat komen bij eventuele latere toevoegingen. Door het lage toegevoegde vermogen, en de stabilisatie bij de "overige projecten" (standaard maandrapportage), is de maandelijkse aanwas in juni fors lager geweest dan het al lage volume in de voorgaande maanden. En ligt het gemelde totale volume slechts krap boven het laatste dieptepunt, in oktober 2014 (75 MWp).

In totaal werd er in juni slechts 79 MWp nieuw volume gerapporteerd, 24% minder dan in de voorgaande 2 maanden. Met daarbij de aantekening dat binnen de klassieke maandrapportages (waarin de vrijeveld installaties steeds minder zullen verschijnen) er ook nog al in eerdere jaren fysiek gerealiseerde, nooit eerder gerapporteerde capaciteit meegeteld wordt, wat de cijfers "scheef trekt". Dat laat het volgende tabelletje zien, waarbij de cijfers zijn weergegeven per jaar, waarbinnen de betreffende installaties fysiek zijn opgeleverd / aan het net gekoppeld:

In bovenstaande overzichtje heb ik de nieuwe (2015, lichtgele band) en de voor eerdere jaren "achteraf pas in 2015 gerapporteerde" aantallen en daarbij behorende totale vermogens weergegeven die uit de "reguliere" maandrapportages van Bundesnetzagentur zijn gehaald (dus exclusief het aparte Anlagenregister voor grotere vrijeveld projecten). In dit geval alleen voor de in 2015 gerapporteerde installaties, in de maandrapportages van januari tot en met juni. We zien dat van de in totaal 24.030 gemelde "nieuwe" projecten in januari tm. juni, er maar liefst 4.163 in voorgaande jaren al aan het net zijn gekoppeld, en dus oude installaties betreft (17,3% van totaal aantal meldingen in 2015). Dat kan zelfs terug gaan naar het eerste jaar dat er een rapportage "verplichting" was bij Bundesnetzagentur, 2009 (177 installaties met bijna 5 MWp, pas in 2015 gerapporteerd!). Opvallend in de door mij samengestelde tabel is met name het forse volume van 890 installaties uit het al lang verstreken jaar 2012 (3,7% van "meldingen in kalenderjaar 2015").

Bij het vermogen van al die installaties betreft het in totaal 16,9% van het in 2015 nieuw gerapporteerde volume (totaal 528,5 MWp, waarvan echter slechts 439,4 MWp in 2015 fysiek is opgeleverd). Ook daar springt 2012 er bovenuit, met maar liefst 3,8% van het (pas) in 2015 gerapporteerde totale "nieuwe" volume (2012: 20,2 MWp toegevoegd in de registers in 2015). Ook hieruit blijkt, dat de "fysieke groei" van de Duitse PV markt in 2015 nog slechter is dan oppervlakkig beschouwd lijkt uit de geaccumuleerde nieuwbouw + zeer laat binnengekomen "oudbouw" cijfers. Het is een zoveelste waarschuwing dat men altijd met prudentie dient om te gaan met de statistieken over deze "meest decentrale van alle energie opties". Ook "jaargroei" cijfers worden door deze late rapportages van oude capaciteit natuurlijk beïnvloed: de eerdere jaren hebben een (nog) hogere groei gehad dan tot nu toe gedacht. De meest recente jaren hebben daarentegen een nog slechtere groei laten zien dan tot nu toe werd gesuggereerd. De harde conclusie is, dat de "collapse" cq. het "verval" van de Duitse markt nog heftiger is geweest dan zelfs de meeste experts dachten...

Byzonderheden juni rapportage
Er was slechts 1 installatie groter dan 1 MWp terug te vinden in de juni rapportage. Een 1.219 kWp groot project in Woldegk in de oost-Duitse deelstaat Mecklenburg-Vorpommern. De kleinste (onwaarschijnlijke) "installatie" had een "omvang" van 20 Wattpiek, en moet waarschijnlijk beschouwd worden als een foute ingave (die zijn er ook, constant, in het nieuwe cijfermateriaal bij Bundesnetzagentur). Er waren meer dan 4.000 nieuwe ingaves van kleine residentiële installaties van maximaal 15 kWp. Een mooie 10% meer t.o.v. de voorgaande maand in dit zeer belangrijke marktsegment.

Totaal geaccumuleerd vermogen tm. juni 2015
Bundesnetzagentur publiceert ook altijd de laatste cijfers voor het totale door hen geregistreerde, dan wel het in eerdere jaren door de vier grote hoogspanningsnetbeheerders (ÜNB's, in angelsaksische publicaties TSO's) geïnventariseerde, geaccumuleerde PV vermogen. Voor eind juni (peildatum: 30 juni) komt het agentschap op een opgestelde capaciteit van inmiddels 38,85 GWp uit (samengesteld uit 28,284 GWp vanaf 2010 via de verplichte melding bij het agentschap, plus het volume geaccumuleerd in de databanken van de ÜNB's tot en met 2010, 10,566 GWp, uit rapportages goedgekeurd door gecertificeerde boekhouders).

Meer grafieken met evolutie Duitse maandrapportages

In bovenstaande grafiek (Y-as op logarithmische schaal) de evolutie van het aantal "nieuw" gerapporteerde PV installaties sinds januari 2014, per categorie (grootteklasse installatie). Zeer duidelijk is de "collapse" te zien bij het aantal projecten groter dan 1 MWp. Omdat in deze categorie vrijwel alle vrijeveld installaties zitten, die tegenwoordig in een apart "Anlagenregister" moeten worden opgenomen, is dat een logische trend. Maar die negatieve ontwikkeling wordt verder versterkt omdat de business-case voor dit soort projecten eigenlijk al een tijdje de "rode lijn" is gepasseerd: ze zijn niet meer economisch rendabel te exploiteren onder de huidige regelgeving. Verder is verrassend, dat in alle andere categorieën er een lichte groei bij de aantallen nieuw gerapporteerde installaties is te zien. Laten we hopen dat dit een "Wende" in de evolutie zal inluiden, al moet u daarbij niet denken dat de Duitse markt uit haar structurele impasse zal komen. Daarvoor moet een andere politieke wind gaan waaien.

De tweede grafiek laat dezelfde evolutie bij de vermogens zien. Hier is de "crash" bij de grootste (>1 MWp) projecten nog opvallender geweest. Nog maar 1,2 MWp nieuw gerapporteerd in juni, voor die categorie. Ook het separate Anlagenregister (groei toe te wijzen aan installaties werkelijk gerealiseerd in die maand tot nog toe nog maar 14 MWp), laat zien dat groeicijfers van tientallen MWp aan grote projecten per maand zoals nog in het al slecht verlopen jaar 2014 (vóór invoering EEG 2.0 per 1 augustus, zwarte streepjeslijn in deze grafiek), geschiedenis lijken te zijn geworden.

Bij alle andere categorieën is er echter ook bij de vermogens-toevoegingen (incl. die van oude realisaties!) een licht positieve trend zichtbaar. Vanwege de forse terugval in de grootste deelcategorie, is de totale vermogens-groei (rode curve) echter zo'n beetje gestabiliseerd (64,8 MWp nieuw gerapporteerd vermogen in juni 2015, in mei was dat 65,3 MWp).

Progressie van nieuw gerapporteerde aantallen PV installaties in Duitsland per maand, met de laatste vier jaar naast elkaar afgebeeld in kolommen. NB: exclusief separaat in apart register gemelde vrijeveld installaties, maar inclusief "oudere" installaties die pas (veel) later in de registers terecht zijn gekomen door (sterk) verlate meldingen. Alhoewel de ontwikkeling van jaar tot jaar (per maand) dramatisch is geweest, lijkt wat aantallen betreft er een zeer licht herstel te hebben plaatsgevonden vanaf februari 2015. Dat heeft zich met name in de kleinere installatie categorieën afgespeeld, al is het "herstel" nog zeer pril, en kwetsbaar. De "oudere" nieuwbouw volumes zullen onder de huidige condities beslist niet meer worden gehaald.

Zelfde grafiek als hierboven, nu met de vermogens nieuw gerapporteerd per maand. Hierbij is de trend juist "versterkt negatief", omdat de vrijeveld installaties, die veel capaciteit "inbrengen" in deze statistieken in een apart register zullen worden bijgeboekt, én omdat er steeds minder fysiek van gebouwd (kunnen) worden in Duitsland. Zeker voor de grotere installaties (groter dan 5 MWp) lijkt het momenteel "einde verhaal", afgezien van een bescheiden volume wat recent in de eerste "tender" (15 april 2015) is toegekend (voor absolute "bodem" prijzen, met hoge risico's voor de "biedende" partij). Momenteel loopt de tweede PV-Freiflächen tender in Duitsland af (uiterste bied datum 1 augustus). Photon heeft in een recent artikel wederom zeer kritische kanttekeningen geplaatst bij zowel de insteek als de impact van dit nieuwste "speeltje" van het kabinet onder Merkel. En is al tot de conclusie gekomen dat alleen een paar (grote) partijen genoemde financiële risico's kunnen dragen (als er niks fout gaat). En de burgerbeweging op het vlak van (investeringen in) vrijeveld systemen de facto monddood is gemaakt (artikel link onderaan).

Accumulatie van aantallen installaties sedert 1 januari voor elk afgebeeld jaar, in progressieve maandkolommen. Exclusief separaat opgevoerde vrijeveld installaties, maar inclusief oudere installaties die pas (veel) later dan in het installatie jaar zijn "gemeld". Duidelijk is de enorme teruggang van jaar tot jaar te zien. De accumulatie eind juni 2015 (24.030 nieuw gemelde installaties in 2015) was minder dan 25% van het volume bereikt in dezelfde maand in 2012 (97.072 stuks).

Idem, zelfde grafiek voor de accumulatie van het nieuw gemelde PV vermogen sedert de eerste januari van het betreffende jaar. Een stapsgewijs optredende collapse van grote omvang: eind juni 2015 was er nog maar 12% gemeld van het heftige volume in dezelfde periode in 2012: 528 MWp i.p.v. 4.373 MWp. Het separaat gemelde volume vrijeveld installaties (in 2015 tot en met eind juni: 89 MWp aan het net in dat jaar) kon daar vrijwel niets aan veranderen. Als je dat volume "meeneemt", zit je nog steeds maar op 14% van het totale volume gerealiseerd in die periode in 2012...

Vergoedingen tabel
Uiteraard heeft Bundesnetzagentur als vanouds de wettelijk verplichte nieuwe vergoedingen voor (onder het EEG vallende) zonnestroom in Duitsland vastgesteld. De tarieven ingaande per 1 augustus (voor nieuwe installaties) vindt u in onderstaande tabel (lichtgele banden). Onderaan de "klassieke" invoedings-vergoedingen (alleen voor "kleinere" installaties tm. een halve MWp, gestaffeld per categorie), in het bovenste blok de iets hogere, doch risicovollere maximale opbrengsten die gehaald kunnen worden via het "Marktprämienmodell".

Residentiële installaties tot 10 kWp kunnen rekenen op 12,34 Eurocent/kWh (FIT) tot maximaal 12,73 ct/kWh (als je de risico's van "vermarkting" aan zou durven). De grootste installaties kunnen slechts rekenen op 8,55 (FIT) tot maximaal 8,93 Eurocent/kWh, ex btw. Deze tarieven ontstaan door een (volgens wettelijk eisen en formules voorgeschreven) nieuwe degressiestap van een kwart procent t.o.v. de tarieven in de vorige maand.

Datenmeldungen und EEG-Vergütungssätze für Photovoltaikanlagen (Bundesnetzagentur)

Siemer, J. (2015). "Die Kleinen sind raus". Die erste Freiflächenausschreibung war mehrfach überzeichnet - aber dennoch kein Erfolg. - Photon 6/2015: pp. 14-16. Analyse van de eerste Duitse "tender" voor vrijeveld PV installaties: zeer laag ingeschreven (gemiddeld voor 9,33 Eurocent/kWh door de winnende partijen), 157 MWp toegekend aan slechts 25 aanbieders (NB: er was voor 715 MWp ingeschreven!). Waarvan er alleen al 11 naar 1 partij, Sybac zijn gegaan. Slechts een klein deel van het toegekende volume zal waarschijnlijk nog in 2015 gebouwd kunnen worden, het grootste deel in 2016.


 
^
TOP

27 juli 2015: SDE 2015 update: wind grijpt de macht. In de laatste zomerse verversing van de RVO.nl data, is er aan de "aanvraag" zijde binnen de SDE 2015 subsidie regeling relatief weinig gebeurd. Wat logisch was, omdat het budget al extreem is overtekend. Maar aan de "toekenning" kant is er wel degelijk een hoop geschied. Wind turbine bouwers kunnen hun mouwen opstropen, want een zeer substantieel deel van de aanvragen voor deze voor wind-rijk Nederland onmisbare optie is inmiddels al toegekend.

Aanvragen
Het budget was al extreem overtekend, dus het verrast niemand dat er nog relatief weinig durf-allen bij zijn gekomen die nog een gokje waagden - inmiddels in fase 5, die pas op 31 augustus eindigt. Het zal ook weinig experts verbazen, dat het vooral de zonnestroom liefhebbers waren die tot de categorie "een gokje kan beslist nooit kwaad gezien de ervaring in 2014" behoorden. Er kwamen 18 aanvragen voor PV projecten bij, en omdat er geen andere "elektra" opties meer zijn toegevoegd sinds de vorige update, kunnen we concluderen dat met nog eens 53 GWh aan nieuw aangevraagde hoeveelheid (maximaal subsidiabele) energie (totaal aangevraagd voor elektra nu ruim 31,5 TWh voor de komende 15 jaar), er ruim 3,1 MWp nieuw PV-vermogen is aangevraagd (sinds de vorige update). Wat wederom niet "zeer grote" projecten moet hebben betroffen, van gemiddeld ruim 196 kWp per stuk. Maar, voor Nederlandse begrippen beslist, en blijvend, respectabel. Zeg maar: projecten van dik 750 moderne modules, en een te beleggen dak oppervlak van ruim 450 vierkante meter bij toepassing van moderne kristallijne Si modules (255-260 Wp wordt zo'n beetje de standaard tegenwoordig). Maar er zijn natuurlijk al veel grotere projecten beschikt - en in uitvoering - uit met name de voorgaande SDE 2014 regeling.

Naast genoemde 18 aanvragen voor PV projecten kwamen er binnen de modaliteit "hernieuwbare warmte én WKK" nog 1 mest covergisting en een project in de categorie "ketel vaste of vloeibare biomassa" bij. Dit brengt het totaal nu op 615 aangevraagde projecten in 3 modaliteiten (naast elektra, warmte/WKK ook "gas", wat al sinds de update van 4 juni geen wijzigingen meer gaf te zien).

Binnen SDE 2015 is er nu een extreem hoge budget claim van ruim 6,6 miljard Euro ingediend, 89,3% boven het "van overheidswege" ter beschikking staande sommetje van 3 en een half miljard Euro. Daar gaat dus nog enorm veel van afvallen.


Status SDE 2015 tot en met 16 juli 2015. Evolutie van het aantal aanvragen/beschikkingen. Stippellijnen: aantal aangevraagde projecten per modaliteit. Weinig voor "gas uit hernieuwbare bronnen" (groen), veel voor elektra (magenta, met name vanwege het hoge aantal PV-aanvragen, 351, 77% van modaliteit elektra), daar tussenin voor projecten vallend binnen "warmte en WKK uit hernieuwbare bronnen" (oranje. NB: incl. 2 in de vorige update binnen"geslopen" aanvragen voor kolencentrales waarin buitenlandse biomassa "zou moeten" worden bijgestookt). In zwart het totaal aantal aanvragen, cumulerend in 615 stuks. Met losse streepjes heb ik de evolutie van het aantal aanvragen voor zonnestroom (PV) projecten weergegeven, die het grootste deel van de modaliteit elektriciteit claimen (bij de "aantallen"). 351 aanvragen is de stand van zaken bij PV, medio juli 2015.

De curve met de niet gestreepte, continue zwarte lijn en gevulde symbolen is het totaal aantal beschikte (toegekende) projecten op de aangegeven peildata. 143 van de 615 aangevraagde projecten, dik 23%, heeft al een toezegging van RVO op 16 juli, en de ontwikkelaars daarvan kunnen dus met een "gerust hart" gaan bouwen. Als ze hun sommetjes goed hebben gemaakt, en er geen beren op de weg gaan komen...

Onderin deze en de volgende 2 figuren vindt u de "fasering" van de huidige SDE 2015 regeling terug. We zitten momenteel in fase 5, de volgende begint pas eind augustus (als iedereen weer van vakantie terug is). Of het dan überhaupt nog zin heeft om "een" willekeurig project in te dienen mag u voor uzelf bepalen, met momenteel al 89% budget overschrijding (zie laatste plaatje) ...


Beschikkingen
De update van 16 juli gaat de "SDE geschiedenis" in als de nieuwe revival van windenergie in Nederland. Waren er in de versie van 2 juli in totaal nog maar 48 aanvragen binnen SDE 2015 toegekend, is dat bijna verdrievoudigd naar 143 beschikkingen. En de meeste nieuwe zijn naar wind gegaan: 40 extra (totaal 41) projecten wind op land kregen de zegen van RVO, 3 projecten "wind in meer" (zeg maar turbines met een nat voetje in de voormalige Zuiderzee of elders in de binnenwateren), en maar liefst 32 projecten "wind op verbindende waterkeringen" mogen nu, met het felbegeerde ambtelijke papier in de hand, hard aan de bak met de realisatie. Natuurlijk wel met de disclaimer: als er geen kolenstroom zuipende NEEderanders in de weg staan die dat allemaal maar "horizonvervuiling" vinden. Of wat voor gelegenheidsargumenten er ook maar uit de mouw worden getoverd om de status quo van de oppermachtige fossiele monopolisten lobby in ons land te kunnen bestendigen. Ik wens de windboeren veel succes om de noodzakelijke, in hun geval zeer efficiënte verduurzaming van de stroomvoorziening, voortvarend ter hand te nemen. Bij voorkeur met maximale (financiële) participatie van de buurt waar de turbines komen te staan. En natuurlijk, samen met zonnestroom: een paar wat een gelukkig huwelijk tegemoet kan zien. IJs en weder dienende.

Naast de forse hoeveelheid nu al toegekende windenergie projecten (totaal nu 76!), zijn er gelukkig ook nog een paar zonnestroom aanvragen met een beschikking gezegend, en wel 14 stuks extra, wat het totaal op 35 exemplaren brengt. Omdat daarnaast ook nog een project "gerenoveerde waterkracht met nieuwe turbine" is beschikt, is nog niet te berekenen wat de impact aan beschikt PV vermogen is geweest. Want samen met de dominante toekenning voor windenergie, is het toegekende budget voor alleen elektra al in 2 weken tijd gestegen van 1,6 naar 740,7 miljoen Euro. Zonder dat deelopties in dat budget worden "benoemd". De verwachting is echter, dat het niet om heel veel vermogen zal gaan. Als we het "nieuw beschikte gemiddelde vermogen per PV project sinds 2 juli" als uitgangspunt nemen (196 kWp), zou er met 35 zonnestroom beschikkingen dus grofweg een nieuw toegekend vermogen in de orde van bijna 7 MWp kunnen zijn toegevoegd aan de al torenhoge stapel van meer dan 1 GWp aan SDE 2013 en SDE 2014 beschikkingen. Dat is vooralsnog dus "klein bier", voor SDE 2015. Het grootste gedeelte van de 739 miljoen Euro extra beschikt budget binnen de modaliteit elektra, zal naar wind zijn gegaan. Hebben die hard werkende mensen eindelijk ook weer eens een terecht champagne moment...


Zelfde plaatje als in vorige figuur, maar nu voor de aangevraagde (maximale) hoeveelheid energie equivalenten (in grafiek weergegeven in TWh, terawattuur eq., 1 TWh = 1 miljard kWh) cq. de beschikte hoeveelheid (voor de komende max. 15 jaar). Hier valt meteen op dat "elektriciteit" en "warmte / WKK" stuivertje hebben gewisseld bij de aanvragen: Er is veel meer energie (equivalent) in de laatstgenoemde modaliteit aangevraagd dan voor elektra, waarvoor het aangevraagde volume zelfs nauwelijks is toegenomen sinds mei dit jaar. "Warmte / WKK" blijft echter, ondanks de al ingezette, gigantische budget overtekening (zie laatste plaatje), gewoon "doorstomen" met de (nieuw) aangevraagde hoeveelheid. Wat vooral heeft te maken met de ogenschijnlijke (maar waarschijnlijk te laat ingezette) "machtsgreep" van de paar kolenmolochs in ons land (2 aanvragen voor bijstook in 2 juli 2015 update). Gas sluit de rij: daar is sinds juni niets meer in gewijzigd, er blijven 11 aanvragen open staan, waarvan er nog geen een is toegekend.

Alles bij elkaar nemend is er een fenomenale hoeveelheid (maximaal te subsidiëren) energie equivalent geclaimd, goed voor 121 Terawattuur op te wekken energie "uit hernieuwbare bronnen" (of die als zodanig worden "beschouwd" door de autoriteiten). Natuurlijk wel voor de komende (maximaal) 15 jaar (hangt van optie af), maar misschien is het handig om dat even te "vertalen". Nederland verbruikte alleen al aan elektriciteit in 2014 een equivalent van 116,5 TWh (StatLine), bijna evenveel stroom als nu alleen al voor SDE 2015 (de 8e SDE regeling sinds april 2008) is aangevraagd voor alle drie de modaliteiten bij elkaar. Inmiddels is het, vooral natuurlijk ook door de toekenningen voor maar liefst 75 windenergie projecten, flink opgeschoten met de beschikte hoeveelheid energie: 33 TWh equivalent is met beschikkingen "zeker" gesteld. Hoe "zeker" dat woord is, staat echter in de sterren geschreven. Er zijn heel wat rabiate "anti" lobbies in dit land, en die kunnen nogal wat roet in het schone eten strooien. Een beschikking is nog absoluut géén zekerheid dat die projecten allemaal gerealiseerd zullen gaan worden. Zelfs niet met allerlei in de loop van de jaren verzonnen "aanscherpingen" van de SDE regelingen.

Met de 33 TWh eq. is er momenteel zelfs al dik 27% van (de subsidie voor) de aangevraagde hoeveelheid energie toegekend binnen deze SDE "plus" regeling. Hoeveel daarvan voor de voor mij interessante optie PV is bestemd is nog in de sterren geschreven, want RVO geeft helaas nog steeds geen uitsplitsingen naar deelopties...


Naast de modaliteit elektra is er bij "gas" niets veranderd (nog geen toekenningen). Maar bij warmte/WKK zijn er nog eens 5 projecten extra beschikt: 1 voor allesvergisting, 2 voor "ketel vaste of vloeibare biomassa" (totaal nu 21 toegekend), en 2 voor antieke projecten die "thermische conversie verlengde levensduur" mogen claimen van onze autoriteiten (totaal nu al 6 projecten toegekend). Voor warmte/WKK is nu 876,6 miljoen Euro beschikt, wat betekent dat er ondanks de heftige toewijzing voor windenergie projecten, warmte/WKK nu alweer 18% meer budget toegewezen heeft gekregen dan de modaliteit elektra. Totaal is er al 1,6 miljard Euro toegekend, 46,2% van de beschikbare 3,5 miljard Euro. Het schiet dus al aardig op, en de grote vraag is of er nog een "kolencentrale met bijfik" toegekend zal "kunnen" gaan worden. Laten we hopen dat die ondingen dit jaar in ieder geval naast het vette subsidie potje zullen gaan piesen.


Het laatste plaatje van de drie toont de ontwikkeling van de budget claim bij de aanvragen (stippellijnen), cq., voor het totaal aan aanvragen, en de daadwerkelijke toekenning voor het totaal (getrokken zwarte curve) binnen SDE 2015. Ook hier is de modaliteit "warmte én WKK" wederom de heftigste claimer, met maar liefst 4,2 miljard Euro aan aanvragen (NB: voor slechts 149 projecten, eerste plaatje, dus een onwaarschijnlijk hoge claim van gemiddeld dik 28 miljoen Euro per project !!) op peildatum 16 juli 2015. Dat alleen al is 20% meer dan het budget voor alle drie de modaliteiten bij elkaar... Elektra "doet" het relatief bescheiden met 1,8 miljard Euro (iets meer dan de helft dan het beschikbare budget), "groen gas" speelt een relatief bescheiden rol in deze regeling (608 miljoen Euro voor, dat wel, maar 11 projecten, dus zelfs dik 55 miljoen Euro per aanvraag...). Gaan we naar het totaal kijken, schrikken we ons een hoedje, met een spectaculair aangevraagd volume van dik 6,6 miljard Euro, bijna twee maal zoveel dan er geld is gereserveerd, de komende 15 jaar... In andere bewoordingen: 89% teveel aangevraagd. Het budget plafond werd feitelijk al vlak na de update van medio mei bereikt, en bleek totaal onvoldoende om alle willige aanvragers te kunnen bevredigen. Velen zullen er gaandeweg gaan afdruipen met een afwijzing van RVO. "Volgend jaar beter".

Wat de toewijzing betreft: dik 1,6 miljard, 46 procent van het maximaal te vergeven bedrag van 3,5 miljard Euro, is er al vergeven. De grote vraag is nu: hoe rap gaat dat budget verder worden toegekend tijdens komkommertijd?


Afwijzingen
Met het aantal afwijzingen (of project intrekkingen) schiet het nog niet zo op, wat niet verwonderlijk is, nog relatief "vroeg" in het SDE 2015 traject. Er kwam 1 PV aanvraag bij die, met een al eerder afgewezen aanvraag, in de (virtuele) papiermand mocht. Opvallend is ook dat een van de 6 aangevraagde geothermie projecten inmiddels ten grave is gedragen door RVO. Met deze 2 extra afwijzingen/intrekkingen is het aantal verdwenen aanvragen nu opgelopen tot nog een bescheiden 48 stuks. Dat gaan er natuurlijk veel meer worden, het is onmogelijk dat een "substantieel deel" van de nu 615 ingediende aanvragen overeind zal blijven.

Thermische zonne-energie
Daarbij is niets gewijzigd: de in de vorige update tot 8 project aanvragen opgelopen bescheiden "hoeveelheid" is nog steeds in behandeling. Er is nog geen project toegewezen of afgevoerd.

Stand van zaken SDE 2015 (RVO.nl, update 16 juli 2015)


 
^
TOP

13 juli 2015: Eerste kolencentrales in SDE 2015 aanvragen - en een beetje PV. Het zat er natuurlijk aan te komen, ook vanwege het wurgkoord genaamd "Energieakkoord". Er "moet" kennelijk buitenlandse biomassa bijgefikt worden op een fossiel kolenbedje in Nederlandse kolencentrales, om onze zogenaamde "duurzame" doelstellingen (mede) te kunnen invullen. De eerste 2 fossiel-kolen gebaseerde "groene" projecten staan inmiddels vermeld in de laatste SDE 2015 update van RVO.nl, gedateerd 2 juli 2015. Leuk verjaardagscadeautje voor Polder PV, die een paar dagen later nog van niks wist over deze ongein... En natuurlijk, een slag in het gezicht van de winnaars van de reuring veroorzakende Klimaatzaak die enkele honderden dappere pioniers, uniek op deze planeet, tegen hun bloedeigen regering hebben aangespannen. En die, wonderen bestaan nog, zowaar in eerste instantie, hebben gewonnen.

Even wat fossiele prietpraat
"Gelukkig" zijn het nog slechts aanvragen, maar de teerling is hiermee wel geworpen. De fossiele kaste in ons land laat geen gelegenheid voorbijgaan om - zwaar gesubsidieerd - hun nagelneue, miljarden kostende steenkolencentrales de maximale levensduur te gunnen waar ze vele jaren geleden op gerekend hadden, toen ze de facto "toestemming" kregen van Den Haag om die ondingen te gaan bouwen. Geen miljeuminister ging destijds (echt) "dwars liggen", zoals dat eigenlijk had gehoord... En miljeuministers hebben we eigenlijk niet eens meer, dat ministerie is immers onder het beton van onze koninklijke wegenbouwers en asfaltkeizers weggemoffeld... Een "klimaatministerie" heeft ons grotendeels onder de zeespiegel liggende polderlandje als een van de weinige Europese landen ook al niet. #struisvogelpolitiek

Het is beslist niet zeker of deze het betreft, maar de kolengestookte E.ON MPP3 kolencentrale op de Maasvlakte is wel een van de weinige "kandidaten" om zogenaamde "groene stroom" te maken door biomassa bijstook. Ze claimen immers zelf "bijstoken van 30 procent biomassa [is] realistisch". Gesubsidieerd door (bijna) alle Nederlanders, en het bedrijfsleven (middels de SDE heffing, ook wel, zeer verwarrend, "opslag duurzame energie" of "ODE" genoemd).

Als u bovenstaande tabel goed in ogenschouw neemt, ziet u meteen wat voor enorme impact alleen al (het "groen" op te stoken in) die 2 kolenbakken op het aangevraagde budget hebben gehad voor de optie "hernieuwbare warmte én WKK". In de vorige update, van 18 juni, was dat budget "nog maar" 2.543 miljoen Euro (NB: dat was toen al 73% van het totale, op 3,5 miljard Euro gemaximeerde SDE 2015 budget...). Toegegeven, er zijn binnen deze categorie naast de 2 "nieuwe" kolenbakken-met-bijstook van (grotendeels?) buitenlandse biomassa ook 2 extra mest covergisters, 2 extra aanvragen voor "ketel vaste of vloeibare biomassa", 1 ditto voor "thermische conversie van biomassa", en zelfs 6 extra thermische zonne-energie ("zonnecollectoren") aanvragen bijgekomen. Maar die opties kunnen nooit an sich verklaren waarom er voor genoemde modaliteit nu opeens alweer 4.177 miljoen Euro aan budget aanvraag staat genoteerd. Dat is namelijk een stijging van maar liefst 64% (1.634 miljoen Euro) t.o.v. de budgetclaim in de vorige update. Er moet dus een aanzienlijke som gelds, helaas nu nog niet apart zichtbaar gemaakt, worden geclaimd door, ik heb het al vele malen benadrukt, slechts enkele, in dit geval "2", partijen. Lees: machtige, oude, centralistisch georganiseerde energiemolochs. Waar we eigenlijk van af zouden "moeten", als we decentrale energievoorziening als dé toekomst beschouwen. Dan wil je natuurlijk niet dat een absurde hoeveelheid subsidie, door iedere stroom afnemende Nederlander via de SDE heffing mee te betalen, naar kolencentrales gaat, die daarmee hun fossiele leven nog eens fors gaan oprekken. Maar het zou wel kunnen gaan geschieden...

Hoe je het ook wendt of keert: Niet gek staan te kijken dat wellicht 1 van genoemde 2 grote partijen, als ze geluk hebben, met hun aanvraag daadwerkelijk een SDE 2015 beschikking zouden kunnen krijgen. Wat nog lang niet zeker is, omdat er nog veel aangevraagd "volume" moet gaan afvallen uit de eerdere rondes (zie ook verderop). De 2 aanvragen bij elkaar zouden wellicht zo'n miljard Euro subsidie kunnen gaan claimen. We gaan het in de komende updates zien, wat van deze omineuze voorspelling zal gaan uitkomen. Of dat het (dit jaar althans) met een sisser gaat aflopen, en dat eerder aangevraagde projecten alsnog (grotendeels) zullen worden beschikt.

Grafiek met het verloop van het budget voor de aanvragen voor de modaliteit warmte/WKK, voor alle SDE regelingen sinds SDE 2012 (eerste keer dat deze modaliteit werd toegelaten). Let bij SDE 2015 (laatste update 2 juli 2015, blauwe curve) op de enorme sprong omhoog. Waarvan de "omvang" niet anders verklaard kan worden dan door slechts 2 (TWEE) eerste aanvragen voor "Bij- en Meestook" (in kolencentrales). Dwars door het budget plafond heen voor álle drie de modaliteiten voor SDE 2015 bij elkaar (horizontale rode stippellijn, 3,5 miljard Euro). En dat al op de 93e dag na openstelling van deze laatste SDE + regeling...

In deze grafieken geeft de X-as het aantal verstreken dagen na de officiële begindatum van de getoonde SDE regeling weer.

Niet te vroeg juichen
Mijn laatste opmerking is ook meteen een waarschuwing. Want we zien ook in de RVO.nl tabel dat er, relatief vroeg, al een ronduit spectaculair volume van maar liefst 43 aanvragen voor die geheimzinnige "ketel vaste of vloeibare biomassa" is afgevallen, 42 meer dan tijdens de vorige update! Zie daarvoor de laatste kolom in de tabel. Daaruit zouden we voorzichtig kunnen concluderen, dat RVO kennelijk al bijna de helft van de tot nog toe ingediende 80 aanvragen voor die categorie als "niet subsidiabel" heeft beschouwd, wat verschillende oorzaken kan hebben. Een van die oorzaken zou kunnen zijn, dat het gesuggereerde financiële rendement van dergelijke projecten niet haalbaar zou kunnen zijn of levensvatbaar wordt geacht (althans: in de fase waarin ze zijn ingediend). Het kan ook zijn dat de indieners hun projecten voortijdig hebben ingetrokken, maar dat lijkt nogal onwaarschijnlijk gezien het opvallend hoge volume.

Een van de gevolgen van dit soort heftige afwijzings-rondes is, dat er weer (geclaimd) budget "vrij valt". Waardoor later ingediende aanvragen alsnog hun kansen zien toenemen om beschikt te gaan worden. Ergo: de deur voor de door mij verfoeide biomassa bijstook op kolenbedje projecten komt wijder open te staan. Dat zonnestroom projecten dan ook een extra kansje maken, is dan slechts een doekje voor het bloeden op een open, met kolengruis vervuilde wond.

En als het dit jaar niet lukt, gaan de kolenboeren het gewoon volgend jaar weer proberen, natuurlijk. Die kolencentrales staan er immers al. Gewoon de papierwinkel even nakijken en updaten. En weer op de "SEND" knop drukken, richting RVO.nl ...

Tot slot: mede door de slechts 2 "kolen" aanvragen in de laatste update, is er inmiddels al een verpletterend volume van maar liefst 6,6 miljard Euro aangevraagd. Een ongekende overschrijding van maar liefst 88,7% t.o.v. de 3 en een half miljard die er maximaal is "te halen". En nu al een miljard Euro meer dan de maximale 5,7 miljard Euro budget claim die voor SDE 2014, met hetzelfde gemaximeerde budget, op 18 december 2014 werd bereikt. Nauwkeuriger: 904,1 mln Euro (16%) meer, met 36,8 TWh eq. (44%) meer energie opbrengst. Maar of die volumes reëel blijken te zijn, moeten we nog gaan zien. Ze zijn in ieder geval weer veel te groot, er gaan veel projecten afvallen. Ook projecten waar waarschijnlijk al behoorlijk veel voorbereidingstijd in is gestoken. Verloren moeite...

Verloop van het aangevraagde (nog lang niet beschikte!) budget voor de modaliteit elektriciteit binnen de SDE + regelingen sinds SDE 2011. Min of meer "stabilisatie" van niveau (licht toenemend) na een hevige stijging in de update van 21 mei jl. voor SDE 2015 (blauw). Inmiddels is fase 5 sinds 22 juni ingetreden, met een basisbedrag van 11 cent/kWh voor PV. Budget claim afzonderlijke modaliteiten incl. PV helaas nog niet genoemd door RVO.nl. NB: bij modaliteit warmte/WKK, 1e grafiek, voor "bestaande capaciteit" kolencentrale bijstook 10,8 ct/kWh, voor "nieuwe" capaciteit ook genoemde 11 ct/kWh (voor diverse andere bedragen per optie, zie brochure RVO.nl).

Exit kolen, nu weer even zonne-energie
Nu weer genoeg over kolen, dit is immers een zonnestroom website, en je word depressief als het weer over dat zwarte spul gaat wat uit Gaia's moederschoot wordt geplunderd. Sinds de vorige update zijn er weer 120 nieuwe project aanvragen binnengekomen bij RVO.nl. Uiteraard was weer het merendeel, 106 aanvragen, voor PV projecten. Binnen de modaliteit elektriciteit was er ook 1 nieuwe aanvraag voor windenergie op land. De budget voor de "elektra" claim steeg daardoor met een bescheiden extra som van 13,4 miljoen Euro tot MEUR 1.818, dus dat kan niet om heel erg grote projecten zijn gegaan. Aangezien niet duidelijk is wat voor vermogen cq. energie productie dat ene windturbine project heeft ingebracht, is niet, zoals in de vorige update (alleen maar PV aanvragen toegevoegd) een afgeleide berekening voor nieuw aangevraagd PV vermogen te maken. Windturbine projecten kunnen immers zeer verschillend zijn qua omvang, tussen 1 en talloze turbines, met heftige impact op de maximaal te subsidiëren hoeveelheid elektriciteit. We zullen moeten wachten totdat er daadwerkelijk uitsplitsingen voor de deelcategorieën worden gemaakt, zoals die in de overzichten voor de vorige SDE rondes na verloop van tijd werden getoond.

Je kunt er natuurlijk wel over speculeren. Bijvoorbeeld SDE 2015 als uitgangspunt gebruiken, 3.715 aanvragen voor in totaal 1.347 MWp, gemiddeld aangevraagd vermogen 363 kWp per project. Uitgaande van dat systeemgemiddelde voor de 333 aanvragen binnen de huidige SDE 2015 update, zou er per 2 juli jl. voor ruim 120 MWp aan zonnestroom projecten aangevraagd kunnen zijn. Tenzij er bijvoorbeeld "veel" grote vrijeveld project aanvragen tussen zouden zitten, dan komt het volume veel hoger uit.

Verloop van aangevraagd budget voor modaliteit "groen gas" binnen SDE + regelingen sinds SDE 2011. I.t.t. de modaliteiten warmte/WKK resp. elektriciteit (vorige grafieken), zat er na de schwung opwaarts van 4 juni jl. (in 1 keer 11 project aanvragen vanuit het niets) verder geen beweging meer in het aantal aanvragen voor SDE 2015 (blauw). En dus ook niet in het daarmee gepaard gaande aangevraagde budget.

Toekenningen & afvallers
Ook is er weer een - gering - aantal projecten daadwerkelijk al beschikt / toegekend binnen SDE 2015. In totaal kwamen er 12 bij, wat het aantal op 48 projecten brengt. Wederom 2x "ketel vaste of vloeibare biomassa", totaal nu 19 beschikt (NB: naast bovengenoemde afwijzing van in totaal 43 stuks...). Maar zonnestroom heeft weer de meeste, 10 aanvragen zijn daadwerkelijk toegekend en de indieners daarvan kunnen in theorie, als ze rap bouwen, zelfs de honderden in de wachtlijn staande SDE 2013 en vooral SDE 2014 projecten gaan inhalen bij de realisatie... Omdat er verder geen andere toewijzingen binnen de modaliteit elektra zijn gedaan, kunnen we vaststellen dat genoemde 10 aanvragen 1,3 miljoen Euro budget (verschil met vorige update) onder zich mogen verdelen over een periode van 15 jaar. En dat daar een gemaximeerde gesubsidieerde hoeveelheid zonnestroom van 23 GWh mee gemoeid is. Ergo: er is bij de beschikkingen een volume van 1,53 MWp bijgekomen, wat een gemiddelde betekent van grofweg 153 kWp per recent toegekend project. Aardig, maar niet spectaculair. Ik heb inmiddels alweer 160 gerealiseerde PV projecten groter of gelijk aan 150 kWp in mijn installaties overzicht staan (single-site lokaties, Nederlands grondgebied). Die staan er dus al.

Inmiddels is er in totaal voor SDE 2015 19,1% van de 3,5 miljard Euro subsidie toegekend (669,5 miljoen Euro). Waarvan "warmte/WKK" bijna alles (668 miljoen Euro, verdeeld over slechts 26 projecten) voor haar rekening neemt. Er zijn in totaal al 46 projecten afgevallen / afgewezen.

Thermische zonne-energie
Er zijn 2 nieuwe project aanvragen bijgekomen voor de grotere zonnecollector systemen. Wat het totaal op 8 stuks brengt (binnen modaliteit "hernieuwbare warmte én WKK"). Er zijn nog geen toekenningen.

Verloop van het totaal aantal aanvragen voor SDE + regelingen sinds de eerste, SDE 2011 (gele curve). SDE 2015 in blauw ging al relatief snel een hoog groeipad in, sterk in contrast met de voorgaande regeling, SDE 2014 (paars). Dominant in het aantal aanvragen blijft natuurlijk tijdens alle regelingen zonnestroom. Voor SDE 2015 nu al op een veel hoger niveau dan bij SDE 2014 (in dezelfde periode na start regeling). Omdat de concurrentie met andere opties (met name de dreiging van de in theorie massale hoeveelheden subsidie slurpende kolencentrales) heftig is geworden. En er dus noodgedwongen "vroeg" ingetekend moet worden (met alle risico's van dien op een onhaalbare business-case vanwege een te laag basisbedrag). Van de 595 aangevraagde projecten (update 2 juli 2015) bestond 56% uit PV aanvragen, 333 stuks.

Rust (?)
Er zal nu vast wat zomerse rust in de tent gaan volgen. Komkommertijd tot en met 30 augustus. In de namiddag van de 31e augustus gaat fase 6 open. Dan zal er vast wel weer wat meer "beweging" komen in de aanvragen. Tenzij potentiële subsidie aanvragers nu al moedeloos worden van de 6,6 miljard Euro aan reeds ingediende projecten...

Stand van zaken SDE 2015 (RVO.nl, update 2 juli 2015)


 
^
TOP

8 juli 2015: CertiQ update juni 2015 - weer veel PV systemen uitgeschreven... Wederom is er zowel een negatieve als een positieve trend zichtbaar in de meest recente maandrapportage van CertiQ. Er zijn maar liefst 111 (!) gecertificeerde PV installaties "netto" uit het register verdwenen sinds de vorige maandelijkse update. Waardoor er nog maar 10.758 zijn overgebleven, 330 installaties minder dan tijdens het "historische maximum" in het november rapport van 2013 (...): 11.088. Maar tegelijkertijd is er "netto" toch 3,3 MWp aan vermogen bijgeschreven sinds het mei 2015 rapport. De reden, die ik al diverse malen heb gemeld: er worden veel oudere met (verlopen) MEP subsidies draaiende PV projecten uitgeschreven, die per stuk meestal relatief een kleine omvang hebben. Dat nog bovenop een (onbekend) aantal projecten die na de verplichte "her-registratie" operatie in 2014 zich nog steeds niet opnieuw (blijken te) hebben aangemeld. Tegelijkertijd verschijnen er "een beperkt aantal", maar per stuk qua capaciteit "zeer forse" installaties in datzelfde register. Dat verklaart de al langere tijd gesignaleerde gemiddelde afname in aantallen, bij een gelijktijdige groei van het geregistreerde vermogen. Voor buitenstaanders die de achtergronden niet kennen een ogenschijnlijk onverklaarbare combinatie van getalsmatige ontwikkelingen.

Uiteraard is deze merkwaardige trend uniek voor dat register. De installaties die uitgeschreven zijn hoeven daarnaast beslist ook nog eens niet hun "economische levensduur" te hebben bereikt. Ze kunnen zeker nog vele jaren verder worden geëxploiteerd en donkergroene zonnestroom blijven produceren. Het zegt dus eigenlijk vrij weinig. Bovendien is de cijfermatige trend bij CertiQ in het geheel niet representatief voor de totale groei van de Nederlandse markt. Want ondanks de volumes die in de CertiQ annalen worden toegevoegd, is dat nog steeds een zeer beperkt deel van de fysieke groei in de Nederlandse PV markt. Dat ik desondanks die CertiQ cijfers nauwkeurig blijf bijhouden ligt aan het feit dat het de ENIGE hard gecontroleerde, en als 100 procent betrouwbare, geverifieerde data zijn in onze markt. En, natuurlijk, dat SDE beslist nu in een stroomversnelling is gekomen, en de resultaten daarvan zich in de cijfers van CertiQ zullen moeten gaan manifesteren. De rest van het PV volume in Nederland, grofweg het negenvoudige volume, wordt in registers met forse data gaten en talloze statistische anomalieën bijgehouden, waarvan het PIR register van de netbeheerders het bekendste is.

Grafieken
Maar daar gaat het hier niet over. De nieuwste CertiQ data (MEP + SDE installaties en eventueel systemen die zonder dergelijke subsidies draaien, en die toch garanties van oorsprong voor groene stroom productie claimen) heb ik in de volgende 2 grafieken verwerkt.

Een duidelijke trend omlaag bij de aantallen bij CertiQ geregistreerde PV installaties. Het aantal SDE installaties (rood) is geschat op basis van de laatste CertiQ update (MEP + SDE op een hoop gegooid) verminderd met de laatst bekende overgebleven MEP beschikkingen (RVO rapportage 2014, verschenen eind juni 2015 met status update voor 1 maart 2015: nog maar 4 MWp resp. 280 MEP-gesubsidieerde installaties "over", van de oorspronkelijke hoeveelheid van 14 MWp).

In tegenstelling tot de aantallen gecertificeerde PV-installaties, die met ups en downs netto bezien (weer) blijven afnemen bij CertiQ (vorige grafiek), blijft de groei van het vermogen het laatste jaar na een tijdelijke dip (her-registratie periode 2014) toenemen. Te voorzien valt dat, met het stapsgewijs verdwijnen van de oude MEP installaties uit het register, en het "intreden" van weinig, maar per stuk forse SDE gesubsidieerde PV projecten (met name die uit de SDE 2013 en SDE 2014 regelingen), die groei in het vermogen per maand versterkt zal doorzetten. Registratie bij CertiQ is immers verplicht voor SDE-gesubsidieerde projecten, dus dat register is een eerste belangrijke vinger aan de pols om te zien hoe de implementatie van met name die twee voor zonnestroom capaciteit belangrijke regelingen zal gaan verlopen de komende tijd. Het geaccumuleerde gecertificeerde, ingeschreven PV vermogen (MEP + SDE) was eind juni 2015 opgelopen naar 129,5 MWp. Een factor 6,5 maal het volume begin 2010. Het is echter een zeer beperkt deel van het totale geaccumuleerde vermogen in ons land. Wat echter niet goed bekend is, maar volgens mijn inschatting eind juni mogelijk ergens in de buurt van 1,3 GWp zou kunnen liggen. Wat zou betekenen dat het bij CertiQ geregistreerde volume slechts 10% van het totaal geplaatste PV-volume zou omvatten.

Genoemde 129,5 MWp, verdeeld over 10.758 installaties, geeft een gemiddelde systeem grootte van 12,0 kWp. Dat is nog niet zo hoog, maar zal gaan toenemen wanneer meer grote gerealiseerde SDE projecten zullen worden toegevoegd aan het CertiQ register (en kleinere installaties uit de MEP tijd er uit zullen gaan verdwijnen).

Vergelijkbare figuur als hierboven weergegeven, maar nu het exemplaar wat CertiQ heeft gegeven, en waarin kennelijk de "her-registratie" operatie reeds is verwerkt. Hier worden dus de "gecorrigeerde maandrapportage cijfers" getoond. Nu geen raar "gat" meer in de aantallen installaties, in 2014 (oranje kolommen, data op linker Y-as), maar de "gecorrigeerde" versie (na validatie van de her-registraties door CertiQ). Duidelijk is dat, ondanks dat proces, de neerwaartse lijn in de aantallen registraties zich met name vanaf begin dit jaar manifesteert. Het totaal geregistreerde PV vermogen blijft echter al die tijd doorgroeien (rode lijn, rechter Y-as).

Wijzigingen sinds eind 2013 - mixed results

In bovenstaande tabel de vergelijking van de aantallen installaties en het opgestelde vermogen voor de vier modaliteiten die worden onderscheiden door CertiQ, sinds de "maxima" die voor het aantal zonnestroom producerende installaties bekend bij deze instelling werden gerapporteerd in het november 2013 rapport. De trend blijft vergelijkbaar aan die gesignaleerd in voorgaande maanden. Biomassa als enige met meer installaties dan in de 1 december 2013 update (8% meer). Let op de zeer dominante rol die bij- en meestook installaties, inclusief kolencentrales, spelen in de biomassa "mix": slechts 13 installaties hebben een geaccumuleerd vermogen van maar liefst 7 Gigawatt, 78% van de biomassa pool, resp. 57% (!) van het totale vermogen wat "duurzaam zou mogen heten" (volgens CertiQ). Ook afvalverbrandings-installaties, spelen een "geduchte" rol in onze grijs-groene opwek capaciteit (1,5 Gigawatt, 12% van het totaal).

Hydropower, zonnestroom en windturbines hebben nog steeds minder aantallen geregistreerde gecertificeerde installaties dan anderhalf jaar geleden... Bij de vermogens blijft waterkracht (met maar 14 installaties) ook nog steeds achter. De andere drie opties, zonnestroom incluis, hebben inmiddels, ondanks de minder grote aantallen installaties, toch al meer gecertificeerd vermogen opgebouwd (rode cijfers rechter kolom). Waarbij PV zelfs net iets beter "presteert" dan biomassa, met bijna 47% meer vermogen dan op 1 december 2013 werd geregistreerd. Het eindresultaat voor alle 4 opties bij elkaar is: 2,6% minder installaties in het CertiQ register. Maar 36% (!) meer geregistreerd vermogen. Exclusief niet bij CertiQ geregistreerd volume (grotendeels PV betreffend). De trend "minder aantallen installaties, maar meer vermogen", duidt op grootschaliger installaties. En dus op een "route" die juist verder verwijderd raakt van het maatschappelijk noodzakelijke proces van decentralisatie dan gewenst. Grote installaties zijn meestal in handen van kapitaalkrachtige, semi-monopolies vormende partijen, waar de burgers geen vat op hebben. Gevaarlijk voor het maatschappelijk draagvlak, al valt dat gezien de enorme aanwas van PV capaciteit op dat specifieke vlak wel weer mee (mits wijzigingen in wetgeving die bottom-up power niet alsnog gaat uithollen...).

Garanties van Oorsprong
Voor de maand mei 2015 werd een nog zeer voorlopig volume van 9,2 GWh aan garanties van oorsprong aan zonnestroom productie van Nederlandse bodem geconstateerd door CertiQ. Daar komt nog met terugwerkende kracht bij te stellen volume bij, maar alleen die gecertificeerde productie is "goed" voor het vergroenen van het jaarlijkse stroomverbruik van bijna 3 huishoudens. Dat is nog niet veel, zonnestroom moet van heel ver "komen". Maar als de vaart er goed in zit, kan het - uiteindelijk - ook heel ver "gaan". De afgelopen 12 maanden zou de - voorlopige, nog bij te stellen - hoeveelheid GVO's "goed" zijn geweest voor 71 GWh gecertificeerde zonnestroom. Wat een equivalente hoeveelheid stroomverbruik is van bijna 22 huishoudens (gemiddeld verbruik 3.250 kWh/jaar). Uiteraard is die productie slechts een klein deel van de fysieke zonnestroom output in Nederland. Die echter helaas niet wordt "gemeten". Ondanks zeer fraai ogende suggesties van het tegendeel (En-Tran-Ce grafieken van Hanzehogeschool, zie mei rapportage) ...

Import/export GVO's


Bij de massaal blijvende import van groene certificaten, bijna het heftige niveau van januari benaderend, 4,2 TWh (dat is op papier een equivalent bijna de jaarproductie van kerncentrale Borssele!), en een factor 4,4 maal het volume in mei 2015, is er weer een potpourri aan "landen van herkomst" te zien in de CertiQ cijfers. Ditmaal maar liefst 11 landen, waarvan IJsland niet eens fysiek aan het Europese continent is verbonden in een voor vrijwel niemand meer te volgen "handelsmarkt van groene papiertjes". Ondanks oproepen tot meer transparantie rond het fenomeen "groene stroom", zal het Henk en Ingrid mogelijk Bratwurst zijn waar de "onderliggende" groene papiertjes vandaan komen. Ditmaal in ieder geval het meest uit, hoe kan het ook anders, hydropower-rijk Noorwegen, met bijna 37%. Hoewel Frankrijk (hydropower) met ruim 24% en, jawel, het reeds genoemde IJsland (ditto, naast een iets groter volume aan certificaten uit hun geothermische installaties, totaal 12%) ook hun best doen om de vieze gas/kolen mix in Nederland op papier (of in de virtuele ruimte) te "vergroenen". Wie had dat gedacht, deze fictieve "herstelbetaling" na de geruchtmakende Icesave affaire?

Waterkracht (uit reeds decennia bestaande hydropower centrales) was weer de dominante "leverancier" van de GVO's voor ons fossiel-gedomineerde landje, bijna 77%. Aan de andere kant van "het spectrum", leverde Italië zelfs ook nog eens ruim 4% aan zonnestroom GVO's. 175 GWh zelfs, goed om het jaarverbruik van bijna 54.000 Nederlandse huishoudens (à 3.250 kWh/jr) mee te "vergroenen". En bijna een factor 20 maal de voorlopige hoeveelheid zonnestroom GVO's die CertiQ in eigen land bij elkaar wist te rapen. En zelfs de zuiderburen, die armlastig op zoek zijn naar stroom vanwege falende nukes, stonden, zoals een goede buur het betaamt, maar liefst 96 zonne-certificaatjes af aan de almaar gas- en kolenstroom stokende lieden aan de andere zijde van hun noordelijke grens...

Import van GVO's in de laatste 12 maanden tm. juni 2015, naar land van oorsprong van de opwekking van "groene stroom". Totale omvang: 30,05 TWh. Vergelijk dat even met de op eigen bodem (fysiek) geproduceerde 11,11 TWh "groene" stroom in diezelfde periode. Waarvan een groot deel ook nog eens in de vorm van Amerikaanse houtsnippers op een bedje steenkolen wordt weggestookt... Ook handig om daarbij in de gaten te houden dat het geregistreerde stroomverbruik in ons land in 2014, met 2,2% minder dan in 2013, nog steeds een forse 116,5 TWh bedroeg. En dat de binnenlandse productie van "groene" stroom in de 12 maanden tm. juni 2015 dus slechts 9,5% van dat laatst bekende kalenderjaar verbruik is geweest. Kleurcodering van bovenaf, met de klok mee kijkend. Noorwegen, Frankrijk, en Zweden, grotendeels tot uitsluitend GVO's uit al vele jaren bestaande waterkracht centrales (vaak al werkend lang voordat mensen "groene stroom certificaten" bedachten...), zijn de dominante leveranciers van al die prachtige groenheid. Waarmee Nederland haar diepzwarte eigen gas/kolenmix "vergroent". Onze groene papiertjes komen inmiddels uit maar liefst 13 landen. Het zal er, vrees ik, niet bij blijven. Als het maar goedkoop is/blijft...

De "export tabel" is voor Nederland altijd een stuk overzichtelijker dan die voor import. Het grootste gedeelte van de "groenheid" verkoopt ons land immers aan onze zuiderburen (zie taartdiagram). Waarbij het blijft opvallen dat het bijna geheel papiertjes afkomstig uit groenheid van waterkracht centrales betreft, waar we nauwelijks iets in eigen land van hebben. Ergo: het is gewoon handel, vanuit o.a. Noorwegen via onze handelaren elektronisch doorgeschoven over de grens voor een opcentje. Wederom ging er ook weer een bizar, klein deel, retour naar onze grootste GVO leverancier Noorwegen, maar dan in de vorm van biomassa GVO's. Mogelijk uit biovergisters in het volgescheten cq. overbemeste, extreem dier-intensieve Nederland. Het totale volume over de grenzen verhandelde groene papiertjes is slechts bescheiden, we verbruiken immers zelf massale hoeveelheden (nep)"groenheid", en wekken zelf nog steeds veel te weinig op (zelfs met een aardige groei vorig jaar volgens CBS, kom ik nog op terug). Die 401 GWh export bedraagt immers slechts 9,5% van de import van 4,2 TWh groene GVO's in juni (vorige tabel).

Export van GVO's in de laatste 12 maanden tm. juni 2015, naar land van bestemming van de "groene papiertjes". Totale omvang: 5,22 TWh. Een schijntje vergeleken bij het totaal aan eigen productie "groene" stroom (11,11 TWh) plus import GVO's (30,05 TWh). 13% van dat totale volume gaat in de vorm van groene papiertjes ons land weer uit. België als "grootontvanger" van door Nederlandse handelaren voornamelijk "elders verkregen" exemplaren, doorgeschoven voor een beetje winst. Noorwegen, bizar, onze dominante hofleverancier van hydropower GVO's, nota bene als tweede recipiënt van "onze" GVO's. Gekker kunnen we het niet maken in het energiewereldje. Of het moet de export van 4% naar buurland Duitsland zijn. U weet wel, dat door onze nationale politici en kolen fans veelvuldig bespotte land waar ze van gekheid niet weten wat ze met alle FYSIEK opgewekte ECHT groene stroom moeten. Al 160,6 miljard kilowattuur (incl. 34,9 mld kWh zonnestroom) waren het, vorig jaar (2014): 26,2% van de bruto stroomvoorziening (BDEW artikel).

Warmte leverende installaties en GVO's
Sinds maart 2015 verschijnen er naast maandrapporten over de stand van zaken rond elektriciteit ook GVO rapportages over "groene warmte". In het juni rapport zijn 2 nieuwe biomassa installaties opgevoerd (nu: 155 stuks, naast 11 geothermie projecten). Voor de afgelopen 12 maanden staat een productie van 1,44 TWh equivalenten uit biomassa resp. 457 GWh eq. uit geothermie genoteerd (totaal 1,9 TWh eq.), met de aantekening dat er nog veel fysiek geproduceerde energie nog niet is gerapporteerd aan CertiQ. Dat volume kan dus nog fors hoger gaan worden. Bij de dominante vorm elektriciteit, 11,1 TWh in de 12 maanden tm. juni 2015, waren windenergie (ruim 5,9 TWh, 53%) resp. biomassa (5,0 TWh, 45%) de dominante "groene" energie producerende bronnen.

Statistische overzichten CertiQ


 
^
TOP

2 juli 2015: Maandelijkse rapportage PV nieuwbouw Duitsland: mei 2015. In mei van dit jaar is volgens de cijfers van Bundesnetzagentur (klassieke Excel lijsten die al sinds 2009 worden gepubliceerd per maand) de nieuwbouw van zonnestroom installaties op een laag niveau gestabiliseerd. Via het klassieke statistiek portal, waarvan ik al jaren de data bijhoud, werden 4.141 nieuwe PV systemen gemeld, met een gezamenlijk vermogen van 65,3 MWp. Dat is 18% minder dan de 79,5 MWp in dat portal voor april 2015. En maar liefst 68% minder volume dan er in mei 2014 werd aangemeld (204,0 MWp).

Daarnaast moeten echter de nieuwe vrijeveld installaties sinds 1 maart 2015 wettelijk verplicht in het apart bijgehouden "Anlagenregister" worden gemeld, waarvoor talloze specifieke details worden opgevraagd. In dat register staan vooral veel grote biomassa verwerkende installaties, windparken op land en op zee, e.d. Maar sinds kort verschijnen daar dus ook de eerste "Freiflachen Anlagen" (FFA) met zonnepanelen. Dat betekent dat de al extreem afgenomen hoeveelheid vermogen in de hierboven genoemde "klassieke" Excel lijst voor dat soort installaties verder zal afnemen. Vóór maart 2015 zitten die vrijeveld projecten natuurlijk in de "klassieke" cijfers (geel-rode kolommen in onderstaande figuur) verwerkt.

Ik heb die "nieuw gemelde" vrijeveld installaties apart opgenomen in de bekende totaal grafiek, in blauw (rechts onderaan eerste resultaten zichtbaar). Daaruit blijkt dat er met het totale vermogen (vetgedrukte cijfers bovenaan kolommen) een stabilisatie op een laag niveau lijkt te zijn bereikt in Duitsland. Hoe lang dat zo kan blijven is de vraag, want de vergoedingen voor de kilowatturen blijven (zei het traag) per maand omlaag bijgesteld worden (zie tabel onderaan dit artikel).

Bundesnetzagentur rapporteerde dat in mei 2015 36,2 MWp aan vrijeveld installatie vermogen nieuw zou zijn gemeld. Dat brengt het totaal aan nieuwe meldingen voor die maand, inclusief de "normaal gerapporteerde" installaties op 101,4 MWp. Benadrukt moet blijven worden dat zowel voor de "klassieke" rapportages, als die voor vrijeveld installaties geldt dat het gaat om meldingen. Dat betekent dus beslist niet dat het alleen maar om "nieuwe aan het net gekoppelde installaties in de maand mei 2015" zou gaan. Die meldingen kunnen soms aan het net gekoppelde installaties van (veel) langer geleden betreffen. Ik heb het genoemde Anlagenregister bekeken, en heb ook daar al enkele verschuivingen gezien als je een van de twee data als uitgangspunt neemt:

Let in bovenstaande tabel (ontleend aan extract uit het Anlagenregister voor vrijeveld installaties van Bundesnetzagentur) met name op de verschillen die optreden tussen de maandelijkse rapportages bij de toegevoegde vermogens per maand. Soortgelijke verschuivingen kunnen ook optreden bij alle andere installaties in de "klassieke" spreadsheets, maar veel relevante data zijn daarvoor helaas niet bekend. M.a.w., daar kunnen nog geen harde conclusies aan worden verbonden, over de gevolgen voor, bijvoorbeeld, de jaarstatistieken voor Duitsland (zie reeds eerder aangestipte punt).

"Statistische vervuiling" mei rapportage aanwezig, doch gering
Dit "probleem" lijkt in de mei 2015 update echter relatief mee te vallen, maar er zijn beslist ook in dat overzicht nog enkele PV-systemen die al in 2009 en latere jaren zijn geïnstalleerd, maar die pas in mei 2015 zijn aangemeld, zoals het volgende staatje laat zien (opgaves in de "klassieke" spreadsheet voor mei 2015):

7 PV-installaties aan het net gekoppeld in 2009 (gezamenlijk 109 kWp) werden pas in mei 2015 aangemeld, 6 jaar later... Het meest opvallende in dit staatje met "oude, maar pas recent aangemelde" PV projecten in Duitsland, is 2012 (het laatste jaar dat een record hoeveelheid, maar liefst 7,6 GWp, zou zijn geïnstalleerd bij de oosterburen). Uit dat jaar is er voor 61 projecten (anderhalf procent van aanmeldingen in mei 2015) met een gezamenlijk vermogen van ruim anderhalve MWp (2,3% van gemeld vermogen in mei 2015) "achterstallig statistiek onderhoud" gepleegd door de project eigenaren, 3 jaar later. Uit de jaren 2009-2013 zijn in mei 2015 in totaal 268 projecten toegevoegd met een gezamenlijk, kennelijk niet eerder bij Bundesnetzagentur bekend vermogen van ruim 5,3 MWp. De feitelijk nieuwbouw in mei 2015 is dus minder groot geweest dan de "melding" cijfers suggereren, omdat de oude installaties de "nieuwe" cijfers vervuilen. De "val" van de Duitse markt is groter dan wellicht door velen bevroedt.

De grootste nieuw gemelde installatie in de maandelijkse spreadsheet van mei was een 4,1 MWp project in Körbelitz, Sachsen-Anhalt, wat echter al op 30 april jl. in bedrijf was gesteld (netkoppeling). De kleinst gemelde "installatie" zou slechts 30 Wp groot zijn geweest, wat echter "betwijfeld mag worden"...

Totaal PV-vermogen Duitsland
Ook nieuw in het overzicht van het Duitse agentschap is dat er nu een opsplitsing is gegeven voor het totale geaccumuleerde vermogen aan, let wel, met financiële incentives ondersteunde, PV installaties. Eind mei van dit jaar zou er in totaal nu 38.754 MWp staan (dus exclusief kennelijk een niet bekende hoeveelheid projecten "zonder van Staatswege verordonneerde incentives"). Dat getal bestaat uit twee delen: (1) 28.188 MWp zoals binnengekomen via de (verplichte) meldingen bij Bundesnetzagentur in de periode 1 jan. 2010 tm. 31 mei 2015. En (2) 10.566 MWp afkomstig van de afgeronde jaarcijfers van de samenwerkende (4) hoogspannings-netbeheerders (Übertragungsnetzbetreiber, TSO's), voor de periode tot 2010. Uit de statistieken van die TSO's was namelijk gebleken dat er 644 MWp (!) te weinig PV vermogen was aangemeld in 2009, wat te maken had met het afwezig zijn van een sanctie mogelijkheid in de destijds geldende versie van het Erneuerbare Energien Gesetz. Dat is vervolgens gerepareerd, en het totale geregistreerde vermogen is fors naar boven opgeplust met de cijfers van de TSO's. Die zijn nu door Bundesnetzagentur overgenomen.

Lousy statistics USA?
Ook hieruit blijkt weer dat PV statistieken uitermate complex blijken. Wat natuurlijk alles heeft te maken met het feit dat er werkelijk overal, en door iedere mogelijke "partij" zonnestroom toegepast kan worden, en dat de evolutie razendsnel kan gaan als de (financiële) condities OK of zelfs "bovenmatig stimulerend" zijn. Recent werd bekend dat zelfs in de hard groeiende Verenigde Staten er mogelijk extreem meer zonnestroom (met name residentieel) productie wordt gerealiseerd dan in de officiële statistieken is vermeld. Gesuggereerd wordt zelfs dat de autoriteiten zo'n 50% van de feitelijk gerealiseerde PV-productie zouden onderschatten! Grotendeels veroorzaakt door de extreme focus op de (enorm) grote industriële installaties van enkele MWp tot een paar 100 MWp. En het zeer slecht op het netvlies hebben van 9,2 GWp aan opgesteld vermogen bij particulieren (artikel, dank voor tip, Nichol Brummer!). Over Nederland hoeven we het niet eens te hebben: daarvan is vanwege extreem slecht historisch beleid de statistiek rond PV al jaren een grote puinhoop, Polder PV rapporteert daarover als geen ander...


Grafieken
Uit de cijfers van het Duitse Bundesnetzagentur heb ik weer enkele grafieken gedestilleerd, waarbij benadrukt moet worden dat er, zoals hierboven, en al eerder geschetst, een - voor de maand mei - lichte "vervuiling" van oudere PV systemen in die cijfers zit. In deze grafieken zijn ook de apart bij Bundesnetzagentur gemelde vrijeveld installaties niet opgenomen, i.t.t. de eerste figuur in dit artikel! Het is waarschijnlijk dat enkele grotere installaties in de "klassieke" statistiek wel vrijeveld installaties betreft, die echter (nog) niet als zodanig in het Anlagenregister van het agentschap zijn aangemeld. Nog onduidelijk is of de twee registraties ("klassiek", en voor vrijeveld installaties separaat in Anlagenregister) onverhoopt tot "dubbeltellingen" zouden kunnen leiden. Het is nog te vroeg om daarover iets te kunnen zeggen.

Trends in bij Bundesnetzagentur gemelde PV-installaties per maand sinds januari 2014, en per grootte klasse. Totaal (rood) bovenaan, curves op logaritmische Y-schaal weergegeven. Let op de duidelijk neergaande trend bij de grootste projecten >1 MWp, en bij de 2 daar onder liggende grootte categorieën (bruin resp. groen).

Zelfde grafiek, maar nu met totaal gemelde vermogens per maand per grootte categorie. De residentiële installaties lijken na een tijdelijke terugval en groei in maart 2015 te stabiliseren rond de 4 MWp/maand (blauw). Echter, bij alle andere grootte categorieën is er een geringe (>5-15 kWp, paars), tot heftige terugval (>1 MWp projecten, magenta) waar te nemen. Ondanks de "vervuiling" die ook optreedt door behoorlijk wat oudere projecten die pas in de laatst getoonde maanden van 2015 vanwege een nieuwe wettelijke verplichting alsnog bij Bundesnetzagentur worden aangemeld. Y-as is ook hier logarithmisch (in MWp). De verticale streepjeslijn geeft de fatale "EEG novelle" aan die per 1 augustus 2014 is ingegaan, en die een sterke negatieve prikkel aan de voormalige wereldmarkt in Duitsland heeft gegeven.

Gemiddelde systeemgrootte van per maand gemelde PV-projecten voor de allergrootste categorie (> 1 MWp, blauw), respectievelijk alle installaties bij elkaar (rood). Y-as wederom logarithmisch. Duidelijk is de onrustbarende trend omlaag te zien bij beide curves. Wat de grootste installaties betreft, kan dit beslist liggen aan het feit dat een deel vrijeveld installaties betreft, die niet meer in de klassieke lijst, maar in het niet in de figuur afgebeelde Anlagenregister zijn opgenomen. Het systeem gemiddelde voor alle in de klassieke lijst voorkomende installaties bij elkaar is ruim gehalveerd sinds begin 2014: van 32,4 naar 15,8 kWp.

Nieuw gemelde aantallen PV installaties per maand bij Bundesnetzagentur. Ook al lijkt er een lichte opleving te zijn sinds februari 2015, de nieuw gemelde hoeveelheden halen het niet bij die in dezelfde maanden in 2014, en zijn veel lager dan die in 2013, laat staan in record jaar 2012.

De impact bij de nieuw aangemelde vermogens per maand is nog groter dan bij de aantallen installaties. Mei 2015 vertoont een absoluut dieptepunt in deze reeks. Daarbij zelfs rekening houdend met de hier niet getoonde vrijeveld installaties (opgenomen in Anlagenregister sinds maart 2015), blijft het zo dat de Duitse markt stap voor stap opdroogt in een pijnlijk aftakelings-proces.

Progressie van de accumulatie van de nieuw gemelde aantallen PV-installaties per kalenderjaar. Elk jaar sinds 2012 is het tempo flink afgezwakt. Tot een voor Duitsland onvoorstelbaar laag niveau in 2015. Reden: politiek gemotiveerde ingrepen in het Erneuerbare Energien Gesetz, wat leidde tot de meest dramatische van allemaal, de "EEG Reform" per 1 augustus 2014.

Deze laatste grafiek geeft de situatie weer voor de vermogens progressie. 2015 is nog slechts een "schim" t.o.v. het jaar 2012. In mei was nog maar 464 MWp aan (nieuw) vermogen aangemeld, slechts 18% van het volume in 2012 in die maand (2.583 MWp). Dit is nog exclusief 58 MWp aan vermogen verdeeld over 20 vrije veld installaties in het Anlagenregister (cumulatie sinds maart 2015).

Vergoedingen per 1 juli 2015
In onderstaande tabel in de lichtgele band de vergoedingen die gelden voor nieuw aangemelde installaties per 1 juli 2015 in Duitsland. Bovenste helft: vergoeding volgens marktmodel, onderste helft volgens het "klassieke" invoedingstarief, alleen voor installaties tm. 500 kWp (gestaffeld in vier deelcategorieën). Voor residentiële installaties tot 10 kWp is nog slechts een invoedingstarief (alle stroom het net op) van 12,37 Eurocent/kWh (0,4 cent meer bij marktpremie model, maar wel met meer risico). Alleen door zelf veel zonnestroom te verbruiken, en dus dure netstroom inkoop te vermijden (tarieven lopen al op tot zo'n 29 Eurocent/kWh in BRD*), kan de "marktwaarde" van elke opgewekte en zelf verbruikte kWh worden opgekrikt. Wel moet alles worden gemeten, en bovendien moet er een - uitgeklede - EEG Umlage (heffing) worden betaald. Ook over in huis verbruikte, zelf opgewekte zonnestroom...

* Groene uitzonderingen zijn er ook, Lichtblick verkoopt ecostroom voor EUR 0,2676/kWh incl. btw (Mehrwertsteuer). Er moet daarnaast wel een fors vast maandbedrag worden betaald, zeg maar het equivalent van het "vastrecht levering" in Nederland. Dat ligt bij Lichtblick op een niveau van EUR 8,95/mnd = EUR 107,40/jaar. Ik betaal met een modelcontract dit jaar slechts EUR 24,20, bijna 5x minder...

Datenmeldungen und EEG-Vergütungssätze für Photovoltaikanlagen (Bundesnetzagentur)


 
^
TOP

1 juli 2015: SDE 2015 updates na overschrijving budget. Sinds onze vakantie zijn er twee updates verschenen betreffende de laatste SDE "+" regeling, SDE 2015. Zoals was te verwachten, is de budget overschrijding op peildatum 4 juni al heftig geweest, ruim 40% (boven de beschikbare 3,5 miljard Euro). Voorspelbaar, omdat tijdens de vorige update er nog "maar" 81 miljoen Euro over was met de toen binnengekomen 215 aanvragen (bericht 5 juni jl.). En met de laatste update van 18 juni (RVO publicatie van 29 juni) is dat nog veel erger geworden, no end in sight. Op die laatste peildatum was er al bijna voor 5 miljard Euro aangevraagd, al 42% boven het budget plafond. En dat voor slechts 475 projecten (wat neerkomt op gemiddeld 10,4 miljoen Euro budget claim per aanvraag!). Waarvan bijna de helft PV projecten betrof, 227 stuks. Waarvan er weer 73 sinds de voorgaande update in fase 4 (ingegaan op 1 juni) zijn aangevraagd. Met een basisbedrag van 10 Eurocent/kWh. Daarnaast werden binnen de optie "hernieuwbare" warmte én WKK nog eens 7 projecten aangevraagd, waaronder een tweede voor thermische zonne-energie. De regeling wordt van meet af aan al door deze modaliteit (warmte/WKK) gedomineerd, met nu al 78 project aanvragen voor "ketel vaste of vloeibare biomassa". Ook windenergie is sterk vertegenwoordigd, met 101 projecten (inmiddels 63x "op land", 3x "in meer", en 35x "op verbindende waterkeringen").


^^^
Evolutie van totaal aantal aanvragen voor alle drie modaliteiten bij elkaar, voor alle "SDE+" regelingen vanaf SDE 2011.
X-as: aantal dagen sinds start regeling. Blauwe curve: SDE 2015, tot en met RVO update van 18 juni 2015.
Het budget voor deze laatste regeling (3,5 miljard Euro) werd al tijdens de update van 4 juni overschreden.

27 MWp PV projecten aangevraagd?
Er is nog steeds geen "geoormerkte" budget claim per specifieke deel-optie gepubliceerd voor SDE 2015 door RVO. Dat is zeer relevant, want de budget claims per deelproject kunnen enorm verschillen, een PV project is compleet onvergelijkbaar met de heftige financiële impact van een kolencentrale waarin biomassa uit de Verenigde Staten wordt bijgefikt, natuurlijk. Omdat er sinds de voorlaatste update echter alleen maar PV projecten zijn bijgekomen binnen de modaliteit elektriciteit, moeten genoemde 73 aanvragen 8,4 miljoen Euro cq. 129 GWh vertegenwoordigen (verschillen met status in de voorlaatste update). Er is dus sinds de publicatie van 4 juni slechts 8,6 MWp aan nieuwe PV projecten aangevraagd, die gemiddeld genomen een omvang zouden hebben van 118 kWp. Toegegeven: redelijk "forse" projecten voor Nederlandse begrippen, maar veel minder dan de gemiddelde systeemgrootte die onder SDE 2014 is beschikt (297 kWp gemiddeld per toekenning, verder ongewijzigd in eindfase SDE 2014). Als deze nieuwe projecten "representatief" zouden zijn voor alle tot nog toe aangevraagde PV projecten binnen SDE 2015 (nog niet te traceren omdat deelproject budget claims nog niet bekend zijn gemaakt), zou er tot de laatste update grofweg minder dan 27 MWp zijn aangevraagd. Dat mag gerust "klein bier" worden genoemd in de huidige marktcondities.


^^^
Evolutie van aangevraagd budget in miljoen Euro per SDE + regeling.
Let op het grote verschil tussen SDE 2014 (paars) en SDE 2015 (blauw).
Rode rondjes zijn data waarop het betreffende budget plafond werd overschreden bij de aanvragen.
Voor SDE 2015 nog geen deelbudget allocaties vrijgegeven door RVO.nl (dus PV ook nog niet bekend).


^^^
Zelfde grafiek als hier boven, maar nu voor modaliteit warmte/WKK.
Ook hier een compleet ander beeld bij de aanvragen tussen SDE 2014 (paars) en SDE 2015 (blauw):
Grofweg een miljard Euro hogere claim bij SDE 2015, en al ruim een half jaar eerder.


^^^
Idem, tenslotte budget claims binnen SDE + regelingen voor modaliteit gas.
Deze was binnen SDE 2015 (blauw) afwezig tot de voorlaatste update.
Er verschenen toen (mee "helpend" aan de budget overschrijding) 11 nieuwe aanvragen voor "Groengas".
Let op dat gaandeweg ook weer aanvragen / daarmee gepaard gaande budget claim afgevoerd wordt
(met name bij SDE 2011-2013 zichtbaar). Maar ook soms verrassingen aan het eind (SDE 2013).

Toekenningen SDE 2015 vs. SDE 2014
De fors gewijzigde toonzetting in de beschikkingen wordt ook duidelijk uit de laatste RVO updates. Terwijl er momenteel nog slechts weinig SDE 2015 projecten zijn goedgekeurd en gezegend met een toekenning door RVO (36 van de 475 aangevraagde projecten, 7,8%), moeten we nu al constateren dat de categorie warmte/WKK met de grootste flappentap "van 's Rijkswege" is gezegend. Ruim 666 miljoen Euro (geen duivelsch grapje) is al toegezegd binnen die categorie, voor slechts 24 projecten, slechts 79 dagen na openstelling van deze regeling (!). En al 19% van het gemaximeerde budget van 3,5 miljard Euro claimend, als de projecten ook daadwerkelijk zullen worden gerealiseerd. Ter vergelijking: binnen SDE 2014 was er na 79 dagen (19 juni 2014) minder dan 13% van hetzelfde budget geclaimd in de vorm van aanvragen. Toen waren er echter nog geen geclaimde subsidiebedragen voor beschikte aanvragen bekend. De eerste bedragen voor toegekende projecten werden pas op 3 juli 2014 bekend (aanvankelijk slechts per modaliteit). Dat was al 93 dagen na opening van de SDE 2014, en de totale toekenning lag toen pas op een relatief laag niveau van 115 miljoen Euro, 3,3% van het budget plafond. Pas op 4 november 2014, maar liefst 217 dagen na start van de SDE 2014, was 19,1% van het budget van 3,5 miljard Euro binnen de voorgaande SDE regeling toegekend (ongeveer zelfde niveau als nu binnen SDE 2015, na 79 dagen). Het zou echter zelfs tot 22 mei 2015, 416 (!) dagen na start van SDE 2014, duren voordat het complete budget voor die voorgaande regeling was toegekend. Het is zeer twijfelachtig dat onder SDE 2015 de toewijzing van het even hoge bedrag van 3,5 miljard Euro wel zo lang zal gaan duren.

Als je als PV ondernemer sowieso al "een" kans had willen maken, zou je eigenlijk al een project (voor een relatief laag basisbedrag) aangemeld moeten hebben binnen SDE 2015. Wie pas een aanvraag heeft ingediend in fase 5 (vanaf namiddag 22 juni, basisbedrag "vrije" categorie 11 Eurocent/kWh), of nog wil gaan indienen bij de start van fase 6 (nota bene: pas vanaf namiddag 31 augustus! Basisbedrag 12 Eurocent/kWh), vist mogelijk - tot waarschijnlijk - al naast het net. Alleen als enkele grote, heftig budget claimende aanvragen zullen worden afgewezen of komen te vervallen, is er ruimte voor later ingediende aanvragen. SDE 2015: voor wie (nog steeds) van "een gokje houdt"...

Burgers betalen fors aan slechts weinig, fors SDE+ subsidie incasserende bedrijven
Gemiddeld genomen komt de al heftige subsidie toekenning voor warmte/WKK binnen SDE 2015 neer op 27,8 miljoen Euro per project. Daaronder 17 maal "ketel vaste of vloeibare biomassa", en 4 toekenningen voor antieke, al lang bestaande prehistorische installaties, "thermische conversie verlengde levensduur" (hoezo, "innovatie", MinEZ ???). Daarnaast zijn ook drie beschikkingen afgegeven voor de warmte/WKK deelcategorieën "allesvergisting", "mest covergisting", incl. voor 1 "geothermie" project. Als sommige Nederlanders niet het hele stroomverbruik zouden salderen met opwek van zonnestroom op jaarbasis (zoals Polder PV), zou bij de huidige 7,6 miljoen huishoudens (stand 2014 vlg. CBS) aan alleen al die 24 projecten gemiddeld per stuk de helft van die bijna 28 miljoen Euro worden betaald via de SDE opslag ("ODE"), de rest "zou het bedrijfsleven moeten betalen". Het komt neer op een riante EUR 3,66 per toegekend SDE 2015 warmte/WKK project door (bijna) alle Nederlandse huishoudens. Voor slechts een paar bedrijven, dus, die enorme hoeveelheden SDE subsidiegeld gaan opslokken.

Daar tegenover staat een schrille toekenning van 0,3 miljoen Euro (factor 2.221 maal zo weinig dan voor warmte/WKK...) voor de modaliteit "hernieuwbare" elektriciteit. Met slechts 1 "al" beschikt windturbine project, en 11 PV installaties (die voor een veel te laag basisbedrag moeten gaan proberen hun business-case rond te breien...). Gemiddeld genomen 25.000 Euro per toegekend PV/windproject. Een fooi van nog geen twee-tiende van een Eurocent per huishouden per project in die categorie. Verschil moet er wezen, is ook in de (verondersteld) "duurzame energiesector", kennelijk, de rode draad...

Stand van zaken SDE 2015 (RVO.nl, updates 4 juni resp. 18 juni 2015)


 
^
TOP

30 juni 2015: Polder PV in problemen na computer crash. U zult het gemerkt hebben: al geruime tijd geen nieuws van Polder PV. Dat had in eerste instantie natuurlijk te maken met onze welverdiende vakantie, duizend kilometer fietsen van Berlijn naar Nederland in anderhalve week tijd. Met uiteraard wat bezoekjes aan enkele opzienbarende PV projecten waar u uiteraard nog fotomateriaal van tegoed hebt (zie onderstaande voor een smaakmakertje).


^^^
Wat en waar is dit? U komt het vroeg of laat te weten...

Minder "prettig" was na onze vakantie het feit dat mijn nog geen 4 jaar oude, energiezuinige mini-computer het heeft begeven. Of dat iets met de vele foto's te maken heeft van krachtpatser centrales in Duitsland, die ik was gaan bewerken, laat ik in het midden... Aanvankelijk werd door de leverancier slechts een kapotte voeding vermoed, maar ook het moederbord bleek niet meer tot leven te wekken. Helaas moest ik dus een nieuwe computer bestellen. Die wordt, hoe kan het ook anders, weer energiezuiniger dan het vorige exemplaar, wat het ten opzichte van de voorlaatste bak sowieso al veel beter deed op het vlak van "klimaatje pesten". Dat gaf echter nog meer tijdverlies, wat slechts deels een beetje goed te maken was omdat ik op de computer van m'n partner wat werk heb kunnen doen, waaronder enkele tweets voor de volgers van Polder PV. Ook heb ik forse problemen gehad met het op de rails krijgen van mijn e-mail account en website update programma. De harde schijf is nog intact, maar eerst moeten we nog zien of alles wel weer werkend - en toegankelijk - is te krijgen. Als u dit bericht leest, weet u dat in ieder geval de upload functie voor Polder PV weer goed werkt.

In ieder geval: erg vervelend allemaal, maar het is niet anders. Ondertussen probeer ik zo goed en kwaad als het kan door te werken aan projecten updates en andere belangrijke zaken, waarvan ik vind dat die bijgehouden moeten worden.

Hopelijk tot spoedig ziens, geniet ondertussen gewoon lekker van de zomer die nu in alle hevigheid is losgebarsten...


 
^
TOP

7 juni 2015: The Solar Future VII - 5. Actuele status update PV registers. Een ander zeer belangrijk plaatje wat ik tijdens The Solar Future conferentie liet zien was mijn al jaren lang bijgehouden integrale update van de status van alle bekende registers die cijfers bijhouden over zonnestroom in Nederland. Ik heb tijdens mijn voordracht alleen het plaatje voor de vermogens kunnen laten zien, daar doe ik nu ook in eerste instantie het exemplaar voor de aantallen installaties cq. adressen bij. Bovendien heb ik in de huidige versie de allerlaatste cijfers voor CertiQ toegevoegd, die op 2 juni jl. werden gepubliceerd.

Evolutie aantallen PV installaties in diverse Nederlandse registers


KLIK op plaatje voor uitvergroting

In deze verzamel grafiek vinden we van rechtsonder naar linksboven de volgende data reeksen:

  • Lichtgroen. Oude cijfers van RVO te vinden in Klimaatmonitor database van Rijkswaterstaat. "Realisaties" van SDE projecten, SDE 2008-2012, cumulatie. Peildatum 3 maart 2015: 9.980 (oude) SDE projecten gerealiseerd, maar slechts (gedeeltelijk zelfs nog zeer premature, onvolledige) info tm. SDE 2012. Moet nodig van recentere data worden voorzien.

  • Donkergroen. Het aantal bij CertiQ geregistreerde gecertificeerde PV installaties (MEP en, vooral, SDE gesubsidieerde systemen). De laatste stand van 1 juni 2015 (mei rapportage) geeft 10.869 installaties te zien. Voor eind 2014 heb ik de historisch gecorrigeerde data genomen, zoals ik die op aanvraag van CertiQ heb gekregen (28 maart 2015). Toen stond de "teller" nog op 11.098, dus méér dan in de laatste update. Dit heeft te maken met uit het register verdwijnende installaties, waarschijnlijk grotendeels (doch niet noodzakelijkerwijs exclusief) systemen betreffend waarvoor de oude MEP subsidie is uitgeput. Die installaties kunnen echter beslist nog steeds on-line staan, het is hoogst onwaarschijnlijk dat die direct zullen worden afgebroken.

  • Felgroen. De accumulatie van het totaal aantal (overgebleven) SDE beschikkingen voor PV-installaties sinds SDE 2008. Ik ben hiervoor uitgegaan van de laatste "officiële" cijfers van RVO.nl, die echter zeer gedateerd zijn, en die zijn gepubliceerd in het MEP/SDE rapport over 2013. De peildatum voor de eerdere SDE regelingen was 1 maart 2014; de toen actuele stand voor SDE 2013 had als peildatum 1 mei 2014. Voor recentere cijfers heb ik het laatste beschikkingen overzicht voor SDE 2014 meegenomen, wat uiteindelijk een forse aanwas van nog eens 2.973 nieuwe toekenningen heeft opgeleverd. In totaal kom ik met deze combinatie van gegevens op een hoeveelheid beschikkingen van 14.178 stuks voor SDE 2008 tm. SDE 2014. Hierbij heb ik uiteraard nog niet de - slechts 36 - aanvragen voor SDE 2015 meegenomen, ook al omdat daar nog vroegtijdig exemplaren van kunnen uitvallen om wat voor reden dan ook (zelfs nog vóór eventuele toekenning door RVO). Binnen die nog jonge (doch qua budget al bijna overtekende) regeling is nog niets aan aanvragen toegekend.

    Het is goed om te beseffen dat (a) het alleen bij deze curve in bovenstaande grafiek niet om "al gerealiseerde projecten" gaat (grotendeels zeker voor de oudere regelingen natuurlijk wel), en (b) dat de aantallen toekenningen t.o.v. de realisatie cijfers in de andere, hierna genoemde dossiers bescheiden lijken. Maar dat de daarmee gepaard gaande volumes (met name veroorzaakt door SDE 2013 en SDE 2014) een record hoeveelheid toegekend (grotendeels nog te realiseren) vermogen betreft. Zie daarvoor de tweede grafiek.

  • Magenta. De accumulatie van het aantal realisaties binnen de Nationale Subsidie Regeling voor particulieren in 2012-2013. De "volledige" cijfers betreffende die regeling heb ik op 30 mei 2014 geanalyseerd. Recent ontdekte ik bij Klimaatmonitor voor die regeling nog een klein aantal installaties die niet gekoppeld konden worden aan een gemeente. Die heb ik onderaan het gelinkte artikel toegevoegd. Eindresultaat van die (nooit meer te herhalen) regeling: 87.512 installaties met eenmalige aanschafsubsidie (max. 650 Euro per aanvraag). Wat een enorme boost aan de sector gaf (die genoemde subsidie regeling echter niet wilde).

  • Blauw. Cijfers over het PIR (Productie Installatie Register) gepubliceerd door Netbeheer Nederland (NN). Dat is de laatste maal op hun website op 15 juli 2014 geschied, en daarna nooit meer herhaald. Uniek waren in die update de (eenmalige) maandelijkse progressie cijfers, waarover tot die datum nooit eerder iets is gepubliceerd (en, helaas, ook erná niet). Die cijfers werden door Polder PV in een uitgebreide analyse tegen het licht gehouden op 24 juli van dat jaar. Het "hoogste" accumulatie cijfer wat door Netbeheer Nederland op genoemde datum werd geopenbaard, was 185.443 installaties ("PIR").

  • Paars. Nadien is er op de site van NN zelf niets meer verschenen over progressie cijfers cq. aanpassingen van de registers van de regionale netbeheerders. Wel zijn de in de loop van de tijd aangepaste dan wel nieuwe "PIR" data terecht gekomen in de verzamel database van Klimaatmonitor van Rijkswaterstaat. Dat (grootste) deeldossier daar heb ik sindsdien KM-PIR gedoopt, en naar mij is toegezegd zouden die data ongefilterd van of via NN worden overgeheveld naar de Rijkswaterstaat burelen. De peildatum voor de laatste KM-PIR cijfers voor 2014 is 31 maart 2015, de laatste wijziging is op 7 mei 2015 doorgevoerd. Toen stonden er 220.842 PV installaties in het KM-PIR deelregister, voor eind 2014 vermeld. Ook werden eerste - naar mijn overtuiging extreem premature en zelfs bij benadering niet als "volledig" te beschouwen - cijfers voor 2015 gepubliceerd. De teller stond op 7 mei 2015 uiteindelijk op 223.096 stuks. Waar volgens mij nog "het nodige" aan achterstallig onderhoud aan gepleegd dient te worden. Anders zou een volstrekt ongeloofwaardige, microscopisch lage groei in het eerste kwartaal van 2015 resulteren, waar geen enkele aanwijzing voor is in de markt...

  • Geel. Tot slot, de verzameling met het hoogste aantal installaties cq. "adressen met zonnepanelen", voorkomend in het "totaal dossier" van Klimaatmonitor, wat ik KMt noem. Hierin is de laatste update van KM-PIR opgenomen (update 31 maart 2015), en bevat dat verzamel-bestand tevens nog 8 andere dossiers (beslist niet allemaal "up to date", SDE loopt bijvoorbeeld hopeloos achter). De laatste wijziging in KMt heeft op 12 mei 2015 plaatsgevonden. Voor eind 2014 staan in dat totaal register nu 245.655 adressen met zonnepanelen vermeld. Een nog zeer voorlopig, absoluut niet als "actueel" te beschouwen eerste cijfer voor 2015 rept van 247.785 adressen of "lokaties" met zonnepanelen.

  • CBS "telt" géén adressen, noch aan eindverbruikers verkochte aantallen installaties. Daar wordt alleen het aan eindverbruikers verkochte vermogen per jaar vastgesteld. Zie de tweede grafiek.

Evolutie vermogen van PV installaties in diverse Nederlandse registers


KLIK op plaatje voor uitvergroting

We gaan de verschillend gekleurde curves in deze tweede grafiek, net als in het plaatje voor de aantallen installaties, weer van rechtsonder naar linksboven "afwerken".

  • Lichtgroen. Laatst bekende stand van zaken bij de realisatie van PV vermogen voor SDE gesubsidieerde projecten in officiële rapportages door RVO.nl. Helaas betreft dit, zoals al gezegd voor de aantallen, alweer sterk gedateerde informatie in de Klimaatmonitor databank. Al zijn er - alleen voor de gerealiseerde vermogens - recentere data voorhanden dan in de Klimaatmonitor overzichten. RVO publiceert namelijk eens in het half jaar overzichten met de gerealiseerde vermogens (geen aantallen installaties). Opgelet moet daarbij worden dat het cijfers voor de "SDE jaarrondes" betreft. Echter, een SDE beschikking uit jaarronde 2010 kan beslist pas in 2011 of zelfs later zijn gerealiseerd. Dit heeft tot gevolg, dat deze specifieke curve in de jaren 2009 tm. 2011 zelfs boven die voor de CertiQ realisaties ligt, die wél de feitelijk gerealiseerde vermogens per kalenderjaar weergeeft (zie verderop: donkergroene curve = MEP + SDE). Dat is natuurlijk een artefact. Het jaar van feitelijke realisatie is helaas niet vermeld in de halfjaarlijkse SDE vermogens-updates van RVO.

    Het nu laatst bekende exemplaar van die halfjaarlijks gepubliceerde overzichten heeft 1 januari 2015 als peildatum. Daar tellen alle SDE regelingen (2008 tm. 2014) bij elkaar op tot een gerealiseerd vermogen van 93,3 MWp, weergegeven in de grafiek. Ik heb inmiddels echter ook al behoorlijk wat gerealiseerde extra SDE 2013 gesubsidieerde PV installaties, en zelfs al dik over de 50 projecten met SDE 2014 subsidie in mijn projectenlijst staan. Deze data zullen dus ook nog moeten worden bijgewerkt. De verwachting is dat mogelijk eind juni 2015 het rapport over MEP / SDE van 2014 daar meer licht op zou moeten laten schijnen, en/of het halfjaarlijkse bericht over de stand van zaken betreffende de uitvoering van de SDE regelingen (beiden te publiceren door RVO.nl).

  • Donkergroen. De CertiQ cijfers laten een fors hoger gerealiseerd, daar in het register opgenomen gecertificeerde capaciteit zien, dan bij de laatste stand van zaken van de halfjaarlijkse SDE lijst van RVO. Eind 2014 was de CertiQ accumulatie (gereviseerde historische data in bezit van Polder PV) 118,5 MWp, de status van 1 juni 2015 geeft al 126,2 MWp aan. Daar moet het resterende volume aan MEP gesubsidieerde projecten nog van af, maar dat zal niet heel veel meer zijn. In het laatste MEP-SDE jaarrapport was dat nog 9 MWp, het zal nu beslist nog minder zijn. Er zou eind 2014 best al rond de 120 MWp aan SDE vermogen bij CertiQ kunnen zijn geregistreerd.

  • Magenta. De nationale subsidie regeling voor particulieren heeft, na de kleine correctie m.b.t. niet aan speficieke gemeentes toewijsbare (!) subsidies, in totaal 271,9 MWp vermogen opgeleverd. Een absoluut record voor welke subsidieregeling dan ook op het gebied van PV. Tja, als je zomaar (maximaal) 650 Euro in het handje kunt krijgen, zonder al te veel moeite, wil je wel zonnepaneeltjes... Gelukkig is dat alweer lang geschiedenis, en moeten we die onzin vooral niet willen herhalen. Impact had die (met salderen en vaak ook nog een inkoopactie te combineren) lucratieve regeling echter beslist.

  • Blauw. Het laatste "officieel op de website van Netbeheer Nederland" gepubliceerde PV-vermogen, medio juli 2014, bedroeg 762,2 MWp. Daarna is er nooit meer een nieuw cijfer op die site genoemd, en moeten we de progressie van het "PIR" register bij Klimaatmonitor van Rijkswaterstaat zien te volgen.

  • Paars. In die grootste database van Nederland op het vlak van PV, is binnen het KM-PIR deel-dossier het PV-vermogen voor eind 2014 (voorlopig) beland op een niveau van 865,5 MWp. Het allereerste, ongetwijfeld nog heftig bij te stellen (lees: op te plussen) cijfer voor 2015, lag op peildatum 7 mei 2015 op een niveau van 871,0 MWp. Mijn verwachting is dat ook dat volume nog fors zal worden bijgesteld, ook voor het eerste kwartaal van dit jaar.

  • Zwart. Groene Courant (GC) meldde op 3 februari 2015 dat er eind 882 MWp zou zijn geregistreerd door de Nederlandse netbeheerders. Dat cijfer werd echter later weer omlaag bijgesteld: zie KM-PIR. De claim van GC dat de PIR cijfers "een lage benadering" zouden zijn wordt gelogenstraft door bijstellingen achteraf, die ook forse hoeveelheden vermogen uit het PIR register doen verdwijnen. Een van de meest beruchte, doch in het geheel niet door de media ontdekte, is de door Polder PV gerapporteerde enorme (negatieve) ingreep in de eigen data bestanden door de grootste Nederlandse netbeheerder Liander, in de eerste helft van 2014 (analyse).

  • Geel. Het "totale" verzamel dossier van Klimaatmonitor, KMt (nog steeds niet alle PV-capaciteit in ons land bevattend), had eind 2014 volgens de laatste peildatum (12 mei 2015) 974,2 MWp geaccumuleerd vermogen staan. Een zeer voorlopig eerste volume cijfer voor 2015, nog fors verder bij te plussen, stond toen op 982,9 MWp.

  • Oranje. Het dossier met de hoogste marktcijfers is (bijna) altijd CBS geweest, wat met haar data echter helaas extreem veel later komt dan in andere cijfer reeksen. Zojuist heeft CBS haar eerste, teleurstellend (en vrij onbegrijpelijk) lage cijfer voor eind 2014 gepubliceerd: 1.014 MWp accumulatie. De hoop is dat dit nog fors omhoog bijgeplust zal gaan worden, anders zou Nederland in 2014 een zwaar tegenvallende marktgroei gehad "moeten" hebben (slecht 275 MWp).

    Met de historische data updates is ook een andere vreemde anomalie tevoorschijn gekomen: in 2011 zou Klimaatmonitor "totaal" register, KMt, iets meer vermogen hebben geaccumuleerd (ruim 149 MWp), dan door het CBS is gepubliceerd (145 MWp). Een van die data moet incorrect zijn, want zelfs KMt kan nooit "groter" zijn dan dat er "officieel in totaal is geplaatst". Omdat het nooit alle capaciteit "zou kunnen" bevatten (omvat "slechts" 9 deeldossiers, die niet alle marktvolume bevatten).

  • Felgroen. Deze opvallende, extreem hard gestegen curve, geeft de game change weer waar we dit jaar voor staan met zonnestroom in Nederland. Waar deze curve nog helemaal "onderaan" in de eerste grafiek aanwezig is bij de aantallen projecten, is deze juist absoluut alleenheerser bij de vermogens. Dit heeft te maken met de accumulatie van de beschikte vermogens van alle SDE regelingen bij elkaar. Met alle reeds door RVO.nl verwijderde, niet ingevulde of teruggetrokken beschikkingen van oudere SDE regelingen, was die accumulatie tm. SDE 2012 nog "slechts" ruim 81 MWp. Daaraan toegevoegd de (licht omlaag bijgestelde) 132 MWp voor SDE 2013 deed de curve al fors stijgen tot ruim 213 MWp. Maar de toevoeging van de enorme hoeveelheid beschikte capaciteit voor SDE 2014, 883 MWp, deed die curve exploderen tot een beschikt volume van maar liefst 1.096 MWp (bovenste cijfer, lichtgroen).

Tot slot: potentie PV markt inclusief SDE 2013-2014 realisaties
Natuurlijk geeft laatstgenoemde 1.096 MWp alleen maar de potentie van invulling van de SDE regelingen weer. Een deel ís zelfs al ingevuld (oudere SDE regelingen), maar SDE 2013 en SDE 2014 gezamenlijk zouden met elkaar al dik 1 GWp nieuwe PV capaciteit kunnen gaan toevoegen. Tijdens de TSF conferentie werden tongue-in-cheek verschillende mogelijke realisatie percentages genoemd, liggend tussen de 60 en de 80 procent van de definitief door RVO beschikte hoeveelheden. Dat zou dan "realisaties" kunnen opleveren van zo'n 600 tot 800 MWp aan nieuw PV vermogen voor uitsluitend die twee SDE regelingen. Bóvenop de minimale 1.014 MWp die CBS voor eind 2014 (voorlopig) heeft afgeschat. Alleen die spreiding al zorgt voor een totaal geaccumuleerd PV-volume van minimaal 1.600 tot 1.800 MWp, waarmee de accumulatie curves al volledig door het "dak" van deze grafiek zullen gaan, en de ontstane "hockeystick" gevormd door de hoogste curve, die van de CBS cijfers (oranje), fors zou doen verlengen.

Daar zit de ook nog te verwachten "niet-SDE gerelateerde" marktgroei nog niet eens bij. Alleen al de residentiële markt zou met zo'n 80.000 installaties per jaar kunnen groeien, grofweg zo'n 200-250 MWp toevoegend aan het totaal. Met dat volume erbij zit je in het gunstigste geval dus al over de 2 GWp aan marktaccumulatie. Dat wordt dus sowieso voor de zoveelste maal een heftige toekomstige aanpassing aan de Y-as van deze grafiek...

De grote vraag zal zijn, mede gezien de langere tijd dat SDE (2013-2014) projecten zullen vergen om te realiseren (veel grotere projecten pas op zijn vroegst in 2016): wannéér gaat die 2e "gieg" er komen? Dát "hij" er komt, is in ieder geval een feit wat zeker is. Veel sneller dan de meeste marktspelers hebben durven dromen. Bereidt u zich maar alvast voor op het volgende "gieg feestje"...

Bron: presentatie Polder PV tijdens The Solar Future NL VII, 27 mei 2015

The Solar Future

TSF NL VII Polder PV #4 Prognoses PV markt 2014 - 2015 (6 juni 2015)
TSF NL VII Polder PV #3 Inkoopacties (6 juni 2015)
TSF NL VII Polder PV #2 Aanbod PV markt / lidmaatschap Holland Solar etc. (2 juni 2015)
TSF NL VII Polder PV #1 SDE 2014 vol beschikt (28 mei 2015)


 
^
TOP

6 juni 2015: The Solar Future VII - 4. Prognoses PV markt 2014 - 2015. Een van de "opdrachten" voor mijn bijdrage aan The Solar Future conferentie was een afschatting voor de potentiële jaargroei van de zonnestroom markt in Nederland. In mijn presentatie liet ik de volgende twee plaatjes zien.

1. Eindejaars-accumulatie (EOY - end of year)

De groene kolommen geven de eindejaars-accumulaties in MWp aan zoals CBS die heeft gepubliceerd. In rood is daarvan de bij CertiQ bekende gecertificeerde capaciteit weergegeven (incl. historisch gecorrigeerde data, met geringe afwijkingen t.o.v. de gegevens uit de maandrapportages en jaaroverzichten). Om de impact te laten zien heb ik in de laatste kolom, die voor 2014, ook de blokken weergegeven voor (a) de zojuist besproken (omvang van de accumulatie van de) inkoopacties tot en met 2014 (186 MWp, gele kader). En daarboven (b) de hoge impact van de nationale subsidieregeling voor particulieren in 2012-2013 (272 MWp, blauwe kader).

Omdat de twee weergegeven separate blokken (inkoopacties cq. nationale subsidieregeling particulieren) konden worden gedubbeld, mogen ze niet op elkaar worden gestapeld, maar moeten ze feitelijk als "in elkaar te schuiven" worden beschouwd (dubbele pijl), vandaar de onderbroken gestreepte rand van die "blokken". Er is echter geen informatie over de omvang van de "dubbeling", al zal die beslist niet gering zijn geweest. Er werd destijds openlijk - tot zelfs behoorlijk aggressief - voor de nationale "slagroom" subsidie geworven tijdens talloze inkoopacties. Feit is, dat beide markt"blokken" een forse impact hebben gehad op het totale eindejaarsvolume. Maar dat ook duidelijk is dat, naast die twee marktsegmenten, en het gecertificeerde volume (MEP en SDE registraties bij CertiQ in rood), er een grote hoeveelheid geaccumuleerd PV vermogen in Nederland staat, wat buiten deze drie grotere blokken valt.

EOY 2014
Voor 2014 heeft CBS vlak voor de TSF conferentie een eerste voorlopige afschatting gegeven, waarvoor Polder PV al meteen "een geheven vingertje" als waarschuwing heeft afgegeven. Zowel in een eerste, voorlopige berekening, als vlak na die "officiële" publicatie van het CBS. Ik vind het CBS cijfer namelijk veel te laag, ook al omdat ik op basis van markttrends bij andere cijfers (met name Klimaatmonitor totaal register) op een voorlopig EOY volume van 1,1 GWp voor 2014 was gekomen.

Áls het eerste CBS cijfer, 1.014 MWp eind 2014, dicht in de buurt van de (niet gehoopte) waarheid zou blijken te liggen, zou dat betekenen dat de laatst bekende cijfers voor twee andere belangrijke registers op de volgende aandelen zouden komen te zitten:

  • PIR register van de netbeheerders in Klimaatmonitor (KM-PIR), laatst bekende stand 2014 866 MWp: slechts 85% van eerst genoemde volume door CBS;

  • Klimaatmonitor "totaal" register (KMt), laatst bekende stand 2014 974 MWp: 96% van volume CBS.

Als zou blijken dat CBS (veel) te laag heeft gezeten met haar eerste afschatting, en de cijfers voor KM-PIR en voor KMt worden niet meer bijgesteld voor 2014, zou dat betekenen dat genoemde percentages nog lager zouden kunnen gaan worden bij een eventuele "bijstelling door CBS naar boven". Zo'n eventuele bijstelling wordt aan het einde van dit jaar verwacht, zoals gebruikelijk in voorgaande jaren.

EOY 2015
Als we de "historische trend" met de nu bekende CBS cijfers door zouden gaan trekken richting het einde van het huidige jaar 2015 (groene stippellijn: 4e graads polynoom), komen we op grofweg een volume van zo'n 1.600 MWp uit. Of dat niveau daadwerkelijk bereikt zal gaan worden is vooralsnog in de sterren geschreven. Want een belangrijk deel van de snelle (extra) groei "moet" gaan komen van de enorme hausse aan SDE 2014 (en eerder afgegeven SDE 2013) beschikkingen voor grote projecten. De snelheid waarmee dat soort forse installaties daadwerkelijk gerealiseerd kan gaan worden, is echter nog een groot vraagteken. Het gaat voor Nederlandse begrippen om omvangrijke volumes, en het is helemaal de vraag of onze markt al "klaar" is voor snelle implementatie daarvan. Het kan heel goed zijn dat een substantieel deel van de beschikte portfolio pas in 2016 of zelfs later aan het net gekoppeld zal (kunnen) worden. Áls het al lukt, want de levensvatbaarheid van veel uitgegeven beschikkingen voor grote PV projecten moet ook nog aangetoond worden. Zeker waar het om de echt grote projecten gaat (vrijeveld installaties met een omvang van meerdere MWp-en).

Mochten er echter voor veel grote projecten geen structurele belemmeringen (meer) zijn, met een SDE subsidie in een late fase op zak, kan het, gezien de "solar frenzy" waarin Nederland verkeert, ook best rap gaan met de fysieke implementatie van PV vermogen. Dus het kan beslist zo zijn, dat er zelfs meer vermogen dan genoemde "richtlijn" 1,6 GWp aan het net kan zijn gekoppeld, eind dit jaar. Het verschil tussen de "laagste" en de "hogere" mogelijke scenario's kan vanwege de onpeilbare onzekerheden over de implementatie snelheden best oplopen tot een paar honderd megawattpiek...

Jaarvolumes
Uiteraard is de jaargroei grafiek, die ik tijdens TSF NL VII heb getoond, ook zeer relevant. Vooral om het bizar lage cijfer resulterend uit de CBS EOY opgave tegen het licht te houden.


KLIK op plaatje voor uitvergroting

De nieuwe capaciteit per jaar nam vanaf 2009 sterk toe, met forse groeipercentages "typisch" voor een doorstartende "jonge groeiende PV markt" als de Nederlandse. Groeipercentages van 82 tot zelfs 286% (bijna een jaargroei verviervoudiging van 2011 > 2012). En nog steeds een respectabele 70% groei in 2013 t.o.v. het nieuwe jaarvolume in 2012. CBS zat met haar eerste jaargroei cijfers tot en met vorig jaar elke keer halverwege tot boven de groei prognoses van marktpartijen, en stelde die aan het eind van het jaar tot drie maal toe zelfs nog verder naar boven bij, de laatste jaren.

Het nieuwe, uit het EOY cijfer van CBS (1.014 MWp eind 2014) afgeleide "jaargroei cijfer" voor 2014, 275 MWp is dan ook uitermate vreemd, en past in het geheel niet in die "historische reeks". Marktpartijen hadden voor 2014 jaargroei volumes genoemd tussen de 300 en zelfs 500 MWp (laatste: gebaseerd op douane import cijfers in Solar Trend Rapport 2015). Mijn eerste schatting lag zo'n beetje op 360 MWp (rode stippellijn in de "prognosewaaier voor 2014"). Een jaargroei wat zelfs (zonder bronvermelding) in de meest recente EurObserv'ER rapportage is overgenomen. Het (eerste) CBS cijfer zit voor het jaar 2014 dus voor het eerst fors ónder alle markt"verwachtingen", i.p.v. ergens middenin of bovenin die range. Het ligt een dramatische 26% ónder de jaargroei voor 2013. Wederom rijst hier de vraag: kán dat CBS cijfer überhaupt wel kloppen, zo laag? En vooral: waar aan ligt het forse verschil met de markt verwachtingen?

De marktverwachting voor 2015 heeft, begrijpelijkerwijs vanwege de grote onzekerheden over de implementatie van SDE 2013-2014, een enorme spread tussen de 500 en 850 MWp. De commerciële lobby organisatie ZON zat "hoog in de boom" met 800 MWp. Ondergetekende was met zijn middelste scenario wat "conservatiever", met 650 MWp als haalbare jaargroei in 2015. Als er geen vervelende kinken in de solar kabel komen, en er gewoon hard doorgewerkt kan blijven worden op de nog massaal maagdelijke Nederlandse daken (wederom: rode stippellijn in de "prognosewaaier" voor 2015). Gezien het veel hogere niveau dan in voorgaande jaren, heb ik 2015 dan ook het "game change" jaar voor de Nederlandse PV markt ontwikkeling gedoopt, in mijn voordracht voor TSF.

Als er geen gekke dingen gebeuren dit jaar, moet een markt verdubbeling t.o.v. 2014 (met als referentie mijn 360 MWp jaargroei in dat jaar!) beslist niet tot de onmogelijkheden worden gerekend.

De foto links in de dia van de Power Point presentatie is van het Horizon Energy (nu: HVC) 100 kWp SDE 2009 project Kamperland in Zeeland. Dergelijke installaties worden tegenwoordig "met enige regelmaat" geplaatst. En zelfs veel grotere. Hopelijk zal die trend nog heel erg lang gaan aanhouden...

Bron: presentatie Polder PV tijdens The Solar Future NL VII, 27 mei 2015

The Solar Future

TSF NL VII Polder PV #3 Inkoopacties (6 juni 2015)
TSF NL VII Polder PV #2 Aanbod PV markt / lidmaatschap Holland Solar etc. (2 juni 2015)
TSF NL VII Polder PV #1 SDE 2014 vol beschikt (28 mei 2015)

6 juni 2015: The Solar Future VII - 3. Inkoopacties. Tijdens mijn voordracht op 27 mei gaf ik ook weer een samenvatting van de stand van zaken rond de talloze inkoopacties voor zonnepanelen cq. systemen in Nederland. Althans, wederom een ruwe schatting, want het blijkt duivels lastig om alle informatie bij elkaar te krijgen. Ik heb van vele kleinere acties helaas geen informatie gekregen na een eenmalige uitvraag via e-mail, dus die volumes heb ik moeten afschatten. Toch meen ik een redelijk beeld van het totaal gekregen te hebben, waarbij een zekere foutmarge geaccepteerd moet worden. Nederlandse PV statistieken stikken van de onzekerheden, daar kan deze ook nog wel bij. Voor het totale overzicht van de meest relevante acties (er zijn talloze "micro-acties" geweest, die vaak niet eens de pers hebben gehaald), zie de bekende, omvangrijke web pagina. Een beperkte selectie van andersoortige acties zoals lease, postcoderoos, e.d., vindt u op de vervolg pagina (beslist niet compleet).

Het ging mij tijdens The Solar Future met name om de specifieke inkoopacties van zonnepanelen, waarvoor ik een laatste optelling heb gemaakt van de geaccumuleerde aantallen en de verkochte vermogens, tot en met 2014. Daaronder zitten uiteraard ook al lang afgesloten acties, vele nog op redelijk bescheiden niveau gecontinueerde kleinere, wat nieuwe, en natuurlijk de grotere projecten zoals die van iChoosr, Vereniging Eigen Huis (vorig jaar de grootste wat nieuw toegevoegd vermogen betreft), PV voor asbest acties (inmiddels nationaal), LTO Vraagbundeling, Natuur en Milieu, en Zoneffekt (Zeeland). Acties op collectieve daken, postcoderoos projecten etc. zitten hier allemaal niet bij, dat zijn echt compleet andere trajecten, met een totaal andere insteek en nog veel complexere organisatie vormen dan bij "simpele" inkoopactie trajecten.

Ik heb de aantallen opgegeven adressen, en het vermogen geïnstalleerd op genoemde lokaties, in 100 procents-kolommen naast elkaar gezet in de volgende grafiek. In totaal zouden er via inkoopacties tot en met 2014 grofweg zo'n 53.000 adressen met ongeveer 186 MWp vermogen aan zonnestroom capaciteit zijn gerealiseerd.

Linker kolom: percentage adressen per type actie op totaal inkoopacties (100 procent schaal); rechter kolom idem, gerealiseerd vermogen. Groene cijfers: aantal inkoopacties per "type", rode cijfers: systeemgemiddelde per type inkoopactie (kWp per installatie). In dit overzicht zijn 210 inkoopacties met zonnepanelen opgenomen. Inmiddels zitten er 216 in m'n totaal overzicht, sommige - kleine - acties zijn pas recent gestart.

Kleinschalig "van onderop" beperkte impact
In de pers, maar ook tot aan "serieuze" gremia als Netbeheer Nederland aan toe wordt regelmatig geclaimd dat "de lokale coöperaties" en vergelijkbare groeperingen een van de belangrijkste, zo niet "de" belangrijkste versnellers van de afzet van zonnepanelen zouden zijn in ons land, dan wel "een belangrijke rol in de realisatie van de duurzame energie doelen" zouden hebben (1). In een eerdere uitlating van Netbeheer Nederland werd zelfs over "een forse toename" [van het PV vermogen] gesproken, wat "voor een belangrijk deel [zou worden] verklaard, doordat steeds meer collectieve projecten met zonne-energie van start zijn gegaan" (2). Ook als daarmee niet "zonnepanelen inkoop acties" bedoeld zouden zijn, slaat die bewering nergens op, omdat er slechts weinig "volume" (megawatten nieuw vermogen) uit de paar gerealiseerde collectieve projectjes is gekomen tot en met 2014. De markt is vooral - in 2012-2013 - keihard gegroeid door een "ordinaire" aanschafsubsidie zonder kwaliteits-eisen voor particulieren (272 MWp toegevoegd in 13 maanden tijd), soms wel, maar des te vaker niet gedubbeld onder "een" inkoopactie (meeste volume: niet voortvloeiend uit "kleinschalige" acties).

Dat proces is vervolgens gecontinueerd vanwege een combinatie van de lucratieve salderingsregeling en eventueel gebruikmaking van de btw teruggave als gevolg van het Fuchs arrest. Daar bovenop is een forse toename van realisaties bij het bedrijfsleven, met name in de agrarische sector een belangrijke extra "versneller" geweest. En ook daarvan is een fors deel "gewoon" met EIA (en / of MIA, VAMIL) gerealiseerd, beslist niet alleen voortvloeiend uit "inkoop acties"...

Bovendien, als wel (ook) inkoopacties door lokale energie coöps zouden zijn bedoeld door Netbeheer Nederland, blijkt al kristalhelder uit bovenstaande overzicht dat het een schromelijk overdreven kwalificatie is. De in het overzicht opgenomen 121 "lokale inkoopacties" (initiatief van lokale groeperingen, nieuwe coöps e.d., oranje segmenten) blijken slechts zo'n 15% van het totaal aantal door inkoopacties beleverde adressen, en zelfs maar 13% van het totaal geaccumuleerde PV vermogen te hebben opgeleverd. Per "bottom-up" project worden vaak zeer bescheiden hoeveelheden adressen cq. vermogens gerealiseerd.

Commercie grootste contribuant inkoopacties
In de grafiek vormen de onderste twee "blokken" het allergrootste deel bij zowel het aantal beleverde adressen, als het vermogen wat daar is afgezet. Dat zijn puur commerciële initiatieven van een keur aan bedrijfsmatig opgezette acties, inclusief trajecten zoals van Vereniging Eigen Huis (blauw). Dat commerciële blok claimt zowel voor de aantallen adressen als het vermogen 41% van het totaal aan inkoopacties (verdeeld over 66 initiatieven). Het tweede blok zijn 10 grote projecten met verzamelingen van meerdere gemeentes bij elkaar, die door commerciële aanbieders zijn geïnitieerd en mogelijk gemaakt. iChoosr heeft daarvan (en van alle inkoopacties bij elkaar) het grootste geaccumuleerde volume bereikt, zie verderop. Die 10 projecten (bruine kolom segmenten) claimden nog eens 27% van het aantal adressen, en 13% van het totale vermogen van 186 MWp aan inkoopacties.

Wat het vermogen betreft volgt dan nog het segment "initiatieven vanuit gemeentes, provincies, of het Rijk", wat echter een opvallend gering aantal adressen (4% van totaal) vertegenwoordigt binnen alle inkoopacties. Maar wel 18% van het totale verkochte vermogen. Die "ongebruikelijke" verhouding in de grafiek heeft te maken met het feit dat de PV voor asbest acties in dit segment zitten, die specifiek op boerderijen worden gerealiseerd. En derhalve ook een veel hoger gemiddeld systeem vermogen hebben opgeleverd, van 14,8 kWp per installatie. Dat is significant (veel) hoger dan in de andere "blokken", die dominant tot uitsluitend zijn gerealiseerd bij particuliere huishoudens (gemiddelde systeemgrootte variërend van 2,2 tot 3,5 kWp).

Na het reeds vermelde blok "inkoopacties georganiseerd door lokale, niet commerciële partijen incl. kleine energie coöperaties" (oranje segmenten) resteert dan nog een klein blokje van twee projecten die vanuit grote milieuorganisaties zijn "getrokken". Die met 12% van het aantal adressen 8% van het totale vermogen van alle inkoopacties hebben opgeleverd, waarmee de 100% voor beide kolommen is vol gemaakt.

Met deze stand van zaken, eind 2014, is er een toename geweest van zo'n 12.000 installaties en zo'n 59 MWp sinds de destijds ook met veel moeite afgeschatte cijfers voor eind 2013, middels het typisch Nederlandse, wereldwijd qua schaal unieke "fenomeen inkoopacties".

Grootste accumulatie: blijvend iChoosr
De "samenzonne-energie" acties van iChoosr hebben gezamenlijk het grootste volume binnen alle inkoopactie trajecten opgeleverd. Met de laatste realisaties die deze zomer nog worden opgeleverd, zijn in ieder geval 4 deelacties in Noord-Holland, en 4 in Zuid-Holland afgerond. Ik had tijdens mijn presentatie geen tijd om die specifieke cijfers te laten zien, vandaar dat ik ze hieronder toon, met dank aan de heer Frijstein voor de toestemming (cijfers ontvangen eind maart 2015).

In totaal zouden, met de laatste reeds gecontracteerde realisaties die uiterlijk deze zomer geïnstalleerd moeten zijn (gearceerde vlakken), er met de eerste 8 deel-acties van iChoosr bijna 12 en een half duizend PV-systemen moeten zijn opgeleverd, goed voor bijna 32,5 MWp aan opgesteld vermogen. Op het totaal aan inkoopacties gaat het dan om aandelen van bijna een kwart (aantallen adressen) tot ruim 17% (vermogen). 18 maart jl. is het 100.000e zonnepaneel onder de iChoosr paraplu geplaatst. Inmiddels is een nieuw "gebied" in Nederland onderwerp van een nieuw inkoopactie traject van iChoosr (het negende), namelijk Flevoland, noordelijk Utrecht en noordelijke Veluwe. Hiervoor heeft Gutami Solar (handelsnaam van Solar Centrum Noord, Heerenveen, onderdeel van Gutami Holding, en recent gefuseerd met Berrentec Solar Plus, België) de hoofdprijs in de wacht gesleept.

En het blijft niet bij Nederland: ondertussen is er ook een traject in de Belgische provincie Antwerpen gestart, met 40.000 panelen besteld in de eerste ronde, door ruim 3.300 huishoudens (zo'n 12 panelen per huishouden). En een vervolg actie onderweg. En wordt nu ook in het oosten van het Verenigd Koninkrijk (Norfolk) een eerste inkoopactie voor zonnepanelen georganiseerd, onder het project "Solar Together Norfolk". Inclusief (niet in Nederland gevoerde, noch verplichte) zware MCS en RECC certificaties voor de biedende partijen. Er kan in UK gebruik gemaakt worden van de nationale Feed In Tariff regeling voor kleinschalige installaties. 18 juni as. is de "veiling" waar uit de "best bidder" zou moeten komen.

Toekomst
Ook al zal iChoosr haar activiteiten blijven voortzetten in Nederland, evenals enkele andere grotere inkoop programma's van spelers als Vereniging Eigen Huis, Natuur en Milieu, en enkele anderen, verwacht ik niet dat er een substantiële groei in dit specifieke "marktsegment" zal plaatsvinden. Veel kleinere trajecten zullen naar mijn verwachting gaan afhaken, omdat het aanbod in de markt al overweldigend groot is, en er nauwelijks iets valt te verdienen voor kleine initiatiefnemers. Zeker gezien de meestal door velen ernstig onderschatte hoeveelheid energie, tijd, en kennis opbouw die in zo'n inkoopactie traject gaat zitten. De kwaliteits-eisen zijn daarbij ook steeds belangrijker aan het worden, en dat kun je met vrijwilligers nauwelijks meer bolwerken, noch garanderen.

Mijn verwachting is dat grofweg het "inkoopactie volume" op peil zal blijven, vooral ook vanwege continuering van de asbest regeling die immers forse hoeveelheden vermogen op boerderij daken realiseert. Dat is natuurlijk een beetje vreemde eend in de bijt, omdat de meeste inkoopacties primair op particulieren waren - en zijn gericht. Of zonnepanelen inkoopacties "een lang leven" zullen hebben in onze markt moeten we nog gaan zien.

The Solar Future

TSF NL VII Polder PV #2 Aanbod PV markt / lidmaatschap Holland Solar etc. (2 juni 2015)
TSF NL VII Polder PV #1 SDE 2014 vol beschikt (28 mei 2015)

5 juni 2015: CertiQ mei 2015 - progressie in PV vermogen, netto stagnatie bij installaties. Op 2 juni werd het mei rapport over garanties van oorsprong gepubliceerd door TenneT dochter CertiQ. Terwijl er netto slechts 2 PV-installaties werden toegevoegd t.o.v. het voorgaande rapport (verschil uitgeschreven aantal installaties en nieuw of her-ingeschreven aantal projecten), groeide het vermogen (netto) weer met een aardige 3,2 MWp. Dit betreft uitsluitend gecertificeerde capaciteit: een restant oude MEP-gesubsidieerde systemen, en het allergrootste volume SDE installaties. Dat is, naar mijn inschatting, slechts grofweg 10% van het totaal opgestelde PV marktvolume in ons land (wat vermogen betreft, bij de aantallen installaties ligt dat meer dan 2 maal zo laag).

In totaal staat er nu 126,2 MWp PV-vermogen bij CertiQ geregistreerd, verdeeld over 10.869 installaties. Die hebben dus gemiddeld genomen een omvang van 11,6 kWp per stuk. In het grootste ons nu bekende Nederlandse PV-dossier, met zowel melding van aantallen installaties als het vermogen daarvan, KMt (Klimaatmonitor totaal, incl. 9 deeldossiers), is het dominant residentieel bepaalde systeemgemiddelde momenteel slechts 4,0 kWp. Dat het gemiddelde bij CertiQ bijna drie maal zo hoog ligt, komt natuurlijk omdat daar vooral (doch beslist niet uitsluitend!*) grotere projecten staan aangemeld.

* SDE 2008-2010, waarvoor nog vele jaren lang subsidies worden uitgekeerd, omvat volgens de laatste RVO updates ook 7.346 geanonimiseerde, waarschijnlijk grotendeels residentiële installaties in de categorie "klein".

Die trend zal zich verder gaan versterken: door de realisatie van PV projecten binnen met name de SDE 2013 en SDE 2014 regelingen, zullen voor Nederlandse begrippen "zeer grote" installaties van soms honderden kilowattpiek per stuk in het CertiQ register worden opgenomen. Wat zonder meer zal betekenen dat het systeemgemiddelde daar aanmerkelijk zal gaan toenemen. Goed om te beseffen dat alleen al binnen SDE 2014 bijna 3.000 grotere PV projecten zijn beschikt, waarvan er al minimaal 50 zijn opgeleverd en stroom leveren (actuele projectenlijst Polder PV). Zelfs als van die enorme hoeveelheid een gedeelte - onverhoopt - niet zal worden gerealiseerd, blijft er ruim voldoende aan volume over, om een zeer substantieel opwaarts effect op het gemiddelde vermogen in de CertiQ database te gaan veroorzaken, de komende jaren.

Aantallen nieuwe installaties
Nog steeds blijft het "sappelen" met de nieuwe aantallen installaties. Er kwamen netto maar twee exemplaren bij in het laatste maandrapport. Het aantal geregistreerde installaties blijft nog steeds fors onder het "historische" record zitten gerapporteerd in het november rapport van ... het jaar 2013. Toen stonden er nog 11.088 PV systemen in de boeken van CertiQ. De uit- en herinschrijvingen, gecombineerd met waarschijnlijk "definitief uitgeschreven" MEP installaties, én een klein contingent installaties wat zich nog steeds niet opnieuw heeft laten inschrijven, resulteren in een chaotisch verloop van de "netto bijschrijvingen" per maand bij CertiQ (probeert u zo'n grafiek maar eens uit te leggen aan uw buitenlandse collegae...):

GVO's en (vermeende) zonnestroom productie
Voor zover nu bekend zijn er in de voorlaatste rapportage maand, april, bijna 7,9 GWh aan garanties van oorsprong (GVO's) aangemaakt voor Nederlandse zonnestroom. Dat is nog lang niet alles, want er kunnen achterstallig nog meer certificaten worden bijgemaakt voor voorgaande periodes, als telkens 1 MWh wordt vol geboekt (dat gaat zeker bij kleinere zonnestroom producerende installaties natuurlijk een stuk minder rap dan bij een gemiddelde windturbine). Over de afgelopen 12 maanden gemeten claimt CertiQ dat er ruim 65,3 GWh aan gecertificeerde zonnestroom zou zijn geproduceerd (met wederom de voetnoot dat er nogal wat GVO's zullen worden toegevoegd). Dat volume valt natuurlijk in het niet bij de totale hoeveelheid geproduceerde zonnestroom in ons land, die als vanouds niet bekend is. Ook al schat CBS dat af met (momenteel) nog verouderde kengetallen, en is zelfs het "nieuwe kengetal", en derhalve de daar uit voortvloeiende "berekening van de nationale PV productie" waarschijnlijk te laag.

Ook sexy grafieken van het En-Tran-Ce project (Hanzehogeschool Groningen) kunnen niet verbloemen dat de daar getoonde zonnestroom productie wordt gebaseerd op aanvechtbare aannames over capaciteitsgroei (die kennen we namelijk helemaal niet). Waar enkele kengetallen tegenaan worden gegooid. Gemeten wordt er binnen dat project - op het vlak van zonnestroom - niets (afgezien van de door KNMI gepubliceerde instralingsdata, zie mijn analyse van de nationale cijfers).

In het hierboven gelinkte artikel over het nieuwe Protocol van RVO heb ik een voorbeeld berekening volgens het "oude" en het "nieuwe" model laten zien in een grafiek, waarbij curieuze verschillen optreden a.g.v. enkele andere aannames bij die twee rekenmodelletjes. Voor 2014 komt op basis van een waarschijnlijk door CBS fors te laag geschatte eindejaars-capaciteit de "totale vermeende" zonnestroom productie in dat jaar neer op een volume tussen de 724 en 774 GWh, waarbij genoemd (gecertificeerd) CertiQ volume over de afgelopen 12 maanden zelfs maximaal maar 9% zou zijn geweest (met nog onbekende hoeveelheden achteraf toe te voegen GVO's in gedachten). Als inderdaad zou blijken dat CBS veel te laag heeft gezeten met haar eerste cijfer voor 2014, zou het CertiQ aandeel nog lager gaan worden.

Wijziging situatie sinds begin december 2013
Sinds de "herinschrijvings-operatie" bij CertiQ is het aantal installaties en - aanvankelijk - de vermogens van de vier modaliteiten "energie uit hernieuwbare bronnen" flink omlaag gegaan. Het aantal installaties is nog steeds voor 3 modaliteiten lager dan in november van dat jaar, alleen voor waterkracht is het huidige geaccumuleerde vermogen geregistreerd bij CertiQ nog steeds lager dan begin december 2013. Bij de andere drie modaliteiten zijn die vermogens weer fors toegenomen en hebben die flink positieve cijfers laten zien:

Afwijkingen bij de aantallen installaties zijn achtereenvolgens +8,4% voor biomassa, en minus 26,3%, -2,0% resp. -2,1% voor waterkracht, zonnestroom, en windenergie (linker helft van tabel). Bij de geaccumuleerde geregistreerde vermogens (rechter helft van de tabel) ligt alleen waterkracht nog fors achter, met minus 31%. De andere modaliteiten hebben al fors meer opgesteld vermogen aangemeld begin juni 2015, in vergelijking met begin december 2013: +46,3% (biomassa), +43,0% (PV), resp. +12,0% (windenergie). Wat de totalen voor deze vier modaliteiten betreft, is bij een achteruitgang van -1,8% bij de aantallen er netto een forse toename, 35,4%, van het ingeschreven vermogen geweest.

Import / export GVO's
Nederland importeert zoals bekend massale hoeveelheden groene papiertjes in de vorm van elektronisch aangemaakte GVO's uit een steeds gevarieerder aanbod van Europese landen, om haar vieze gas/kolen gedomineerde stroommix mee te "vergroenen". Hier onder de door CertiQ gepubliceerde import tabel, met door mij toegevoegd de percentages voor de afzonderlijke landen en opties:


KLIK op plaatje voor uitvergroting

Import van GVO's, Nederland in, in de maand mei 2015, uit maar liefst 9 EU landen. Met ditmaal Denemarken, historisch "kampioen windenergie", met grootste contribuant van - uiteraard - windenergie GVO's (32,4% van totaal). Maar het "klassieke" Noorwegen zat er vlak achter, met 30,9%, ver voor, nota bene, het ver weg gelegen Estland (20,7%). Waarvoor CertiQ zelfs een apart berichtje opstelde, dat ze verheugd waren dat de Estse netbeheerder Elering zich had aangesloten bij de zogenaamde "Association of Issuing Bodies" (waarvan de leden GVO's mogen uitgeven en de controle er op mogen uitvoeren). Let ook op de paar groene papiertjes die Nederland importeerde uit België: wat biomassa, maar zelfs ook een microscopisch beetje zonnestroom GVO's. Maar in mei hadden de stroomleveranciers cq. handelaars kennelijk vooral "trek" in GVO's uit windstroom. Maar liefst 53,5% van het totaal, uit 6 landen. Af en toe wisseling van dieet kan nooit kwaad...

Over de laatste 12 jaar bezien, is dit de verdeling van de contribuerende landen bij de export van GVO's naar Nederland. Noorwegen (in casu: grootschalige, al tientallen jaren oude hydropower centrales betreffend) blijft ongeklopt "hofleverancier" van Nederland, met dik 31%. Zweden (14,9%) en Frankrijk (13,8%), beiden ook met grote waterkracht portfolio's, volgen op afstand. Nederland betrok het afgelopen jaar uit maar liefst 12 EU landen dergelijke groene "papiertjes", en voegde zelf ook nog eens een bizarre 3,9% (loop export > import ?) toe, aan de "groene feestvreugde".

Het "export plaatje" is een stuk simpeler dan dat getoond voor de import. Er gingen in mei vanuit Nederland maar naar drie landen GVO's, grofweg (bijna) een kwart biomassa betreffend, en ruim driekwart GVO's ontsproten uit windenergie productie. Ditmaal was nota bene bos- (biomassa) en hydropower rijk, zeer dun bevolkt Finland de grootste recipiënt. België en, blijvend curieus, "GVO waterkracht hofleverancier" Noorwegen verdeelden de rest ongeveer evenredig onder zich.


KLIK op plaatje voor uitvergroting

Onze zuiderburen blijven onze grootste afnemer van GVO's, bekeken op jaarbasis (afgelopen 12 maanden), 81,4%. Nota bene de tweede recipiënt, met 12,2%, is onze jarenlange, enorme hoeveelheden waterkracht GVO's leverende Noorwegen, waarbij (het transport over) de onderzeese kabel NorNed wellicht een belangrijke rol zou kunnen spelen. Na duurzame energie kampioen Duitsland (3,8% van "onze" - mogelijk gewoon door verhandelde - GVO's !) blijven alleen nog maar splinters over om te verdelen.

Warmte leverende installaties en GVO's
In het aparte CertiQ document voor warmte GVO's is een geothermie installatie toegevoegd in de mei update (nu 11 projecten), en een biomassa project (nu 153 installaties). Door wettelijke rapportage verplichtingen is nog niet alle productie van 2014 bekend. Over de laatste 12 maanden gemeten staat er nu in ieder geval een productie van 1.325 GWh eq. voor warmte uit biomassa, en 457 GWh eq. voor ditto via geothermie in de boeken bij CertiQ.

Ter vergelijking: Bij elektriciteit bedroeg de productie van "groen spul" 10,9 TWh in de afgelopen 12 maanden, een factor 6 maal zo hoog dan het equivalent aan "groene warmte". Zoals vanouds, zijn wind (5,8 TWh, 53% van het aantal GVO's voor elektra) resp. biomassa (5,0 TWh, 46%) de dominante (bij CertiQ geregistreerde) "groene stroom" producenten geweest het afgelopen jaar.

Statistische overzichten CertiQ


 
^
TOP

5 juni 2015: SDE 2015 op dreef en evolutie t.o.v. SDE 2011-2014. Nog vóórdat de kolencentrales een (gigantische) greep uit de 3 en een half miljard Euro grote SDE 2015 ruif hebben kunnen doen, zijn de biomassa stokers binnen de categorie "thermische conversie" en, in tweede instantie, de windjongens en -dames ze voorlopig te snel af geweest. In de eerste update van 31 maart 2015 was er al direct bijna een miljard Euro subsidie geclaimd, o.a. door 35 "ketel vaste of vloeibare biomassa" projecten. In de 2e update (9 april) kwamen er nog eens 24 bij. De versie van 7 mei bracht weinig verandering. Maar met de ingang van fase 3 in de namiddag van 11 mei, zijn alle registers open getrokken. Ook een klein beetje extra in de enorme categorie "hernieuwbare warmte én WKK / biomassa" (208 miljoen extra aangevraagd, voor 7 extra projecten sinds de vorige update).

De grote "klapper" kwam in de versie van 21 mei van windenergie. Maar liefst 56 extra projecten "wind op land" staan in de RVO.nl lijst, het totaal voor die categorie op 61 projecten brengend. Daar zijn dan ook nog twee nieuwe categorieën aan toegevoegd. 3 nieuwe project aanvragen voor "Wind in meer" (zeg maar: IJsselmeer), en een verpletterend volume van maar liefst 35 projecten "Wind op verbindende waterkeringen". Het lijkt er op dat Rijkswaterstaat het erg druk gaat krijgen, áls al die projecten tenminste ook worden goedgekeurd en met een beschikking worden "gezegend".

Daarnaast kwamen er ook nog eens 25 projecten voor zonnestroom bij, waardoor die categorie op een mager aantal van 36 is gekomen. Er zijn nog geen categorie specificaties gegeven voor de tot "Hernieuwbare elektriciteit" behorende wind-, en zonnestroom projecten (en 1 in de vorige update ingediende hydropower renovatie aanvraag). De totale hoeveelheid aangevraagde (nog lang niet toegekende) subsidie voor deze nu opeens weer "majeure" categorie, is in een keer omhoog geschoten van 21,1 miljoen, naar het lieve sommetje van MEUR 1.721,6, een factor 82 maal zo hoog! Als de aanvragen daadwerkelijk worden toegekend, kunnen de windboeren (hoogstwaarschijnlijk uitsluitend grote partijen, gezien de hiermee gemoeide subsidie bedragen) tevreden zijn.

(Nog) geen gas
Binnen de separate, 3e modaliteit, "hernieuwbaar gas" (waarvan de enige contribuant, "groen gas", na zonnestroom de op een na grootste budgetclaim had in SDE 2014, en ook als tweede een - lager - budget toegewezen kreeg) is nog helemaal niets aangevraagd.

Als de "groen gas" ondernemers nog wat willen bereiken met deze regeling, moeten ze opschieten, want met de nu al heftige budgetclaims voor stroom en warmte/WKK, is met de vierde update voor deze regeling al ruim 3,4 miljard Euro aangevraagd, en is er nog maar 81 miljoen Euro over! Het is dan alleen nog maar hopen op forse hoeveelheden uitval van de nu ingediende 215 aanvragen, zodat latere indieners mogelijk alsnog aan bod zouden kunnen komen. Dat is natuurlijk wel een behoorlijke gok, al zijn er lieden die - in ieder geval met zonnestroom projecten - toch nog een gokje hebben gewaagd in fase 4, ingegaan op 1 juni (de bekende Jan Willem Zwang van Greencrowd, to name but one...). Wat in ieder geval duidelijk is, is dat SDE 2015 voor de zoveelste maal een game change inluidt. En dat deze weer extreem veel sneller zal zijn overtekend dan de vorige twee SDE regelingen (SDE 2011 resp. 2012 waren binnen een week cq. de eerste dag al overtekend...).

Overigens is er tot nog toe, voorstelbaar gezien het feit dat de regeling nog maar pas "open" is, voor SDE 2015 nog geen enkele aanvraag toegekend door RVO.

Grafieken SDE+ aanvraag evolutie
Om de ontwikkeling van SDE 2015 in perspectief te zetten, heb ik een serie grafieken gemaakt met data van RVO.nl, waarbij de aanvraag evolutie van alle "SDE+" regelingen (2011 tm. 2015) per modaliteit bij elkaar is gezet. Dit is een uitbreiding van de paar plaatjes voor het totaal aan aanvragen, wat slechts voor SDE 2013-2015 werd getoond in de al indirect gelinkte blog van Jan Willem Zwang van Greencrowd (deze link, "Update stand van zaken SDE+ 2015"). In mijn detail grafieken heb ik ook zonnestroom als aparte optie toegevoegd.

De grafiek vertoont een zeer divers verloop van het aantal aanvragen in 5 opeenvolgende "SDE+" regelingen. SDE 2015 (blauw) tot en met update van 21 mei 2015. De X-as geeft het aantal dagen vanaf de officiële start van de betreffende regeling weer. De rode rondjes geven de dagen weer waarop het beschikbare budget van de betreffende regeling werd overtekend. De gealloceerde budgetten voor SDE 2011 (oranje) en 2012 (bruin) werden al binnen een week cq. de eerste dag getoucheerd, maar het totaal aantal aanvragen bleef nog lange tijd doorgroeien. Voor SDE 2012 was er een terugval vanaf dag 216, mogelijk door vervroegde terugtrekking van projecten, of omdat RVO ze al vroegtijdig had afgewezen op bepaalde gronden. SDE 2011 had trouwens slechts de modaliteiten "elektriciteit" resp. "gas". "Warmte/WKK" werd pas sinds 2012 in de SDE+ regelingen opgenomen (zie ook detail grafieken verderop).

Het budget voor SDE 2013 (groen) was al op dag 42 na ingang van de regeling overtekend, maar nog heel erg lang kwamen er aanvragen bij, die deels zelfs zijn toegekend, omdat eerder binnengekomen aanvragen om diverse redenen zijn afgevallen. Het duurde lang voordat de volledige 3 miljard Euro voor die regeling vol was beschikt voor SDE 2013. Pas op de 391e dag, ruim een jaar later dan de officiële start, was het zover. Een van de gevolgen was, dat een behoorlijke hoeveelheid PV projecten een beschikking hebben gekregen, die in een late fase hebben aangevraagd: aanvankelijk 871 PV aanvragen, goed voor, in eerste instantie, bijna 134 MWp vermogen, werden toegekend (analyse).

SDE 2014 (paarse curve) sloeg alle records die voorgaande regelingen eerder al hadden gebroken, en niet alleen omdat het budget was opgeschroefd naar 3,5 miljard Euro. Op de 217e dag na de officiële start knalde het aantal aanvragen omhoog, door een stortvloed aan PV projecten die pas grotendeels in de laatste fase (6) werden ingediend (basisbedrag voor die fase een lucratieve 14,7 Eurocent/kWh, met aftrek van een voorlopig correctiebedrag van 5,4 ct neerkomend op een "netto subsidie" van max. 9,3 Eurocent/kWh). Het beschikkingen traject duurde nog langer dan voor SDE 2013, al kwamen er vanaf 18 december 2014 (dag 261 na start regeling) geen nieuwe aanvragen meer bij. Pas op de 416e dag na de officiële start van SDE 2014, konden de boeken dicht, met 4.014 finaal toegekende projecten. Het overgrote merendeel, met ook nog het meeste budget, én de hoogst toegekende hoeveelheid maximaal te subsidiëren energie binnen de modaliteit elektra, betrof PV, met een verpletterende toekenning van maar liefst 883 MWp voor 2.973 projecten (analyse Polder PV).

SDE 2015 (blauw) is al bijna overtekend met de vierde update, kort (51 dagen) na de opening op 31 maart 2015. Er zullen waarschijnlijk niet erg veel aanvragen meer binnenkomen, op 21 mei stond het totale aantal op slechts 215 stuks. Een schim van de hoeveelheid aanvragen voor SDE 2014 (4.014).


Grillig verloop detail grafieken
Uit mijn detail grafieken blijkt voor de zoveelste maal, dat zelfs zo'n "betrouwbaar" geacht subsidie instrument van de overheid als de SDE"+", vanwege de talloze knoppen en schakelaars die met name door ambtenaren zijn verdraaid en/of omgezet, tot extreem verschillende "trends" heeft geleid. Zowel per SDE regeling, als tussen de diverse opties onderling. Er is bijna geen peil op te trekken. Waardoor investeerders van wat voor tak van sport in "duurzame zaken" dan ook geen idee meer hebben waar ze elk jaar weer aan toe zijn, en dus vooral "ad hoc" lijken te (moeten) reageren op de nieuwste spelregels. Voor een ministerie wat zich al jaren op "innovatie" beroept, zich op de borst klopt over deze zelf verzonnen regeling, en wat ondernemerschap zou "moeten stimuleren", een zoveelste blamage...

In bovenstaande grafiek is het verloop van de aanvragen voor uitsluitend de modaliteit elektriciteit uit hernieuwbare bronnen getoond, curves met ruitjes. Ook is de subcategorie zonnestroom weergegeven, met een plat streepje. Uiteraard is dat de hoogste impact hebbende subcategorie wat de aantallen betreft, vandaar dat die streepjes slechts weinig lager liggen dan de totale aantallen voor elektra. Vergelijk deze grafiek s.v.p. met de volgende voor de twee andere modaliteiten, "warmte / WKK uit hernieuwbare bronnen", cq. "gas uit hernieuwbare bronnen", om de enorme verschillen in trends te zien bij de evolutie van de aantallen aanvragen. Zoals te verwachten, lijkt bovenstaande grafiek sterk op de eerste (totaal aantal aanvragen alle modaliteiten bij elkaar), omdat elektra dominant bijdraagt aan de aantallen.

Zelfde plaatje als voor elektra, maar nu voor de modaliteit "gas uit hernieuwbare bronnen". Niet alleen het aantal aanvragen is van een compleet andere "orde" (zie Y-as). Maar ook de trend in de aanvragen is volslagen anders dan bij elektra. Hier werden zelfs ver na de dagen dat de budgetten werden overschreden nog forse hoeveelheden aanvragen ingediend (grote sprongen omhoog bij SDE 2011 tm. SDE 2013). De jump omhoog voor SDE 2014 was vergelijkbaar als voor elektra, wat (mede) tot de budget overschrijding (rode cirkeltje in paarse curve) leidde. Het aantal nieuwe aanvragen na die overschrijdingsdatum lag op een veel lager niveau dan bij de vorige regelingen. SDE 2015 heeft tot en met de vierde update géén aanvragen voor "groen gas".

Tot slot: het plaatje voor het aantal aanvragen voor "warmte en WKK" is weer van een compleet andere orde dan die voor elektra cq. voor gas. In SDE 2011 was deze optie nog niet aanwezig. Maar in SDE 2012 en SDE 2013 werd meteen op de eerste dag van mogelijke intekening al "stevig" ingezet met veel aanvragen. Voor SDE 2014 was dat een heel ander "verhaal", met lage inzet, en, door de zeer lang durende intekening van het budget, vervolgens in sprongen stapsgewijs omhoog naar uiteindelijk minder dan 150 aanvragen. SDE 2015 zette weer "voortvarend" in, met al ruim 40 project aanvragen op de eerste dag.

Budget aanvraag progressie
Precies als voor het aantal aanvragen, kunnen we grafieken maken voor het aangevraagde budget. Ik laat de drie grafieken direct onder elkaar zien, om de grote verschillen tussen de drie modaliteiten te laten zien: geen peil op te trekken.

PV (streepjes) claimt bij de budgetten fors minder dan de totale modaliteit elektriciteit - de concurrentie daar is natuurlijk aanzienlijk. Vandaar dat de afstand tussen de totale curve en de PV curve veel groter is dan bij de "aantallen aanvragen". Verder vallen de enorme sprongen omhoog op in de budget claims voor SDE 2011 (ver na overschrijding van budget!), ditto voor SDE 2014 (leidend tot budget overschrijding). En, tot slot voor SDE 2015, die voor het overgrote deel door nieuwe aanvragen voor windenergie worden veroorzaakt, binnen twee weken tijd (forse sommen subsidie claimend).

Ook bij de budget claims laten "gas" en "warmte en WKK" compleet andere evoluties zien dan bij "elektra". Bij warmte en WKK (laatste grafiek) is met name de enorme budget claim toename in de allerlaatste fase van SDE 2013 (dik een jaar na de budget overschrijding!) opmerkelijk. Dat was een laatste poging van diverse plannenmakers om "een onverwachte surprise" te kunnen scoren. Voor bijna al die late indieners vergeefse moeite: de aanvragen werden niet toegekend...

Evolutie van aangevraagde hoeveelheid te subsidiëren energie
Tot slot het "trio" plaatjes voor de hoeveelheid energie die er per modaliteit is aangevraagd (lees: maximaal te subsidiëren hoeveelheid). Deze heb ik, daar waar dat nog niet was weergegeven, geconverteerd naar GWh equivalenten zodat alle modaliteiten "1-op-een" met elkaar zijn te vergelijken.

Bij elektra werden hoeveelheden energie tussen de 7 (SDE 2012) en zo'n 31 TWh (SDE 2014) aangevraagd (looptijd meestal 15 jaar). De extreme uitschieter in de laatste fase voor SDE 2011 was een anomalie: natuurlijk is bijna niets van die enorme hoeveelheid van zo'n 30 TWh extra claim toegekend. SDE 2015 zat al zeer snel (met opeens veel windenergie aanvragen) op 30 TWh. Het zal spannend worden of een groot deel daarvan daadwerkelijk zal worden beschikt.

Compleet ander beeld bij de aangevraagde hoeveelheid energie equivalenten (voor gas: GWh eq.), dan bij elektra.

Tot slot het plaatje voor "warmte en WKK": wederom, een compleet ander "beeld" dan voor "elektra" resp. "gas". Bovendien ook met een aanmerkelijk hogere impact hebbende Y-as, dik 2x de omvang van de voorlaatste twee modaliteiten. Tenminste, als de absurde hoeveelheid aangevraagde energie in met name SDE 2012 ook daadwerkelijk "beschikt" zou zijn geweest. Dat is niet geschied. Er werd uiteindelijk in de eindfase namelijk "maar" 246.801 TJ warmte/WKK energie eenheden toegekend. Dat staat gelijk aan 68.560 GWh equivalenten. Wel is dat maar liefst een factor 172 maal de povere hoeveelheid van 398 GWh die voor de optie elektra werd toegekend binnen die regeling (voor "groen gas" werd ook relatief weinig toegekend, 1.270 GWh eq.). SDE 2012 is dan ook de geschiedenis in gegaan als "de warmte/WKK" SDE.

Stand van zaken SDE 2015 (RVO.nl, update 21 mei 2015)


actueel 129 128 127 126 125 124 123 122 121 120-111 110-101
100-91
90-81 80-71 70-61 60-51 50-41>>> highlights

 
 
 
© 2015 Peter J. Segaar/Polder PV, Leiden (NL)
^
TOP